Hockeyouders op landelijk niveau: ‘De zaterdag ben je kwijt’

Achter de jonge talentvolle hockeyers op de Volvo Districtontmoetingsdag (DOD) in het Wagener Stadion zitten betrokken ouders die hun tijd investeren in een hockeytoekomst voor hun kind. Zij zijn nog afhankelijk van de vader en moeder, die hun jongelingen door te grote afstanden moeten brengen naar alle trainingen en wedstrijden. ‘De zaterdag ben je de hele dag weg.’

Twee uurtjes rijden was het voor het jongensteam uit district Noord Nederland, vanaf Groningen naar het Wagener Stadion in het Amsterdamse Bos. ‘We hebben daarvoor een traditionele uitspraak: Amsterdam-Groningen is twee keer zo lang als Groningen-Amsterdam’, vertelt vader Harmen Zwaving, na het eerste duel van zijn zoon Quinten. Hij somt op waar zij dit seizoen naartoe moeten reizen vanuit het noorden van het land: Schaerweijde, Den Bosch, Nijmegen, Wageningen. ‘Als je in Noord Nederland hoog speelt, dan kun je deze reistijden verwachten’, voegt hij daarbij toe.

Zwaving ziet zijn zoon als een zelfstandig persoon voor zijn leeftijd: dit jaar wordt Quinten veertien jaar. De huidige situatie zorgt er echter voor dat zowel de vader als de moeder veel tijd moeten investeren zodat de jongeling kan hockeyen op hoog niveau. In eerste instantie speelde Quinten bij hockeyclub de Hondsrug in Zuidlaren, waarna hij de overstap maakte naar GHHC in Groningen. Het enige probleem: de afstand naar de Groningse club was ruim vijftien kilometer. Zwaving: ‘We brengen hem bijna altijd naar de training, ook omdat de buslijnen in de avond naar Zuidlaren niet zo goed zijn. Ook is hij de enige uit het dorp die in Groningen speelt, dus heeft hij niemand om mee te fietsen. Voor trainingen van district Noord Nederland moet Quinten zelfs naar Drachten, dat is nog verder. Uiteindelijk is onze belangrijkste rol om ervoor zorgen dat hij overal op tijd is, zo simpel is het.’

Harmen Zwaving en zijn zoon Quinten. Bron: Willem Vernes

Het feit dat zijn zoon het zo goed doet – en als gevolg daarvan veel moet reizen – is niet nieuw voor hem. ‘Ik hockeyde zelf ook hoog en speelde ook voor de districtselftallen’, legt Zwaving uit. Hij weet hoe het bij tophockey in de regio gaat, en de hockeyvader ziet bij alle ouders uit het team een actieve en betrokken houding. ‘Vanuit de club hebben een rijschema waar iedereen zich netjes aan houdt, al moeten we Quinten alsnog brengen van Zuidlaren naar Groningen.’ Een lange terugreis is inmiddels een gewoonte geworden. ‘Als je lange reizen naar de andere kant van het land maakt, dan valt twee uur naar huis rijden zometeen wel mee’, besluit hij.

Dubbele agenda in Den Bosch

Ankie Reijnen, moeder van Babs Reijnen van regio Zuid Nederland, werkt met een dubbele agenda. Zo speelt oudste dochter Emma momenteel bij Nederlands Meisjes B. De moeder moest haar dochter vorige week bijvoorbeeld brengen naar en ophalen van het vliegveld na een paasstage in het Engelse Lilleshall. Tussendoor bracht ze Babs naar het Amsterdamse Bos om tijdens de EHCC een aantal wedstrijden met Den Bosch MC1 te spelen. En dit weekend weer de rit naar Amsterdam, dit maal voor de Districtontmoetingsdag. ‘Onze rol ligt vooral bij het faciliteren’, vertelt ze. ‘We vinden ook dat ze veel dingen zelf moeten doen, je moet ze ook niet te veel pamperen. Uiteindelijk ben ik trots dat ze zulke ambities hebben, want soms moeten ze er ook veel voor laten.’

Ankie Reijnen en haar dochter Babs. Bron: Willem Vernes

Beide kinderen trainen diverse malen per week – vaak op verschillende dagen – waardoor het ophalen en brengen een nagenoeg dagelijkse taak is. Ondanks het feit dat de familie Reijnen in Den Bosch woont, is de afstand te ver om te fietsen naar de club aan de Oosterplas. Zeker op die leeftijd, aldus Ankie. ‘We wonen aan de andere kant van de stad’, licht ze toe. ‘Ze moeten door een industrieterrein, het centrum van Den Bosch en ook nog de Oosterplas. Als ze net iets ouder zijn dan kunnen ze met de fiets of de scooter gaan.’

Volgens Reijnen maakt het feit dat twee van haar kinderen op zo’n hoog niveau spelen de agenda inderdaad overvol, maar zij spreekt van een kwestie van discipline en planning als oplossing. De zaterdag is daarbij zoals verwacht de drukste dag, aangezien beide speelsters ook op landelijk niveau spelen en het hele land door moeten reizen. Reijnen: ‘Ze leven hiervoor en vinden het prachtig om te reizen naar clubs zoals Pinoké, Deventer en Victoria.’ Soms heeft ze dan geluk dat de jongste dochter een keertje mee mag spelen bij de MB1, samen met Emma. Scheelt toch een extra autoritje, zou je denken. ‘Babs speelt dan twee wedstrijden, waarvan de eerste in bijvoorbeeld Bilthoven’, pareert ze. ‘Dan moeten we er ook voor zorgen dat ze op tijd in Den Bosch is om de andere wedstrijd te spelen. Wij als ouders genieten ervan om ze te helpen, je krijgt er veel voor terug.’ Naar het Wagener Stadion rijden voor de DOD hoeft ze overigens niet meer: ‘Babs is volgend jaar te oud voor de C en dit was mijn laatste kind die hieraan mee kon doen’, lacht ze.

 


18 Reacties

  1. harald-van-horn

    Herkenbaar qua ‘tijd’. Ben dan toch wel blij dat ik in Bilthoven woon op amper 1 km van de club. Groningen zit bij onze C1 in de poule en die moeten om de week zo’n eind rijden. Ik vond die ene keer naar Groningen al een ‘reis’. Wel leuk dat de meeste ambitieuze kinderen ook ouders hebben die het willen faciliteren.

    1. luchtisblauwgrasisgroen

      Of niet natuurlijk: de kinderen uit armere gezinnen haken af. Het privilege van Babs en Quinten versus Priscilla en Mohammed.

  2. Hockeyfeest

    Als papa en mama er zoveel voor doen, zal het wel heel belangrijk zijn............ Ik heb heel wat overspannen ouders langs en dito kinderen op het veld gezien. De meeste kinderen zouden meer genieten van vogelhuisjes timmeren met papa of mama. Leren ze zeker zoveel van. Laten we gewoon eerlijk vaststellen dat het niet om genieten of leren gaat. Ze leren al jong dat je aandacht en aanzien krijgt als je presteert.

  3. zelfs-de-var-is-beter

    Reactie op ‘luchtisblauwgrasisgroen’ Suggereer jij nu dat kinderen uit landelijk spelende teams altijd uit superrijke families komen? Kids die landelijk spelen gaan waar ze ook vandaan komen gewoon mee in de auto van de wel rijdende sociale ouder. Binnen teams is er altijd begrip als ouders niet zouden kunnen rijden zeker als dat een aanslag op hun budget is. Dat heet naastenliefde (en clubliefde!)

  4. haags-hopje

    Hockeyfeest slaat de spijker op de kop! Het klagen over de afstanden is onderdeel van deze cultuur van ouders die houvast zoeken en die op deze manier vinden. Leuk om te zien dat straks 90% in een zwart gat valt als hun kroost besluit om lekker met vriendjes in het derde van de lokale studentenclub te gaan spelen....

  5. jobe

    Gelukkig hier ook weer het gejank van mensen die zelf nooit de top gehaald hebben en die het kinderen met passie voor het spelletje dit ook vooral niet gunnen. Jullie droeftoeters zijn minstens zo erg als de ouders die hun kids dwingen om hun droom te verwezenlijken. Gelukkig zit er een hele hoop tussen jullie soort en de "na-streef-ouder" in.

  6. jonathan

    Jobe, prachtig verwoord! Vooral dat groene gras met die stralende blauwe lucht . Zeik eens op je gras joh, en staar een poosje naar die gele plekken

  7. pietersmits

    Jobe en Jonathan: Kijk eens in de spiegel. Zou het zo kunnen zijn dat jullie zelf die top nooit gehaald hebben?

    1. jonathan

      Gekeken en een heel vrolijk gezicht gezien🏑

  8. pietersmits

    Ik hoop dat je in de gaten hebt dat je het beeld alleen maar bevestigt?

  9. selectielieveheersbeestje

    Buiten vrolijke droeftoeterouders moet je talent ook nog bij de juiste club spelen. Zo wist de hdm districtstrainer maar liefst 5 hdm-jongens op de dod te selecteren. Naast de twee die al in het opleidingsB zitten. Clubliefde gaat ver. Tijd voor een duidelijke integriteitsvisie op het selectieproces van de bond.

  10. Hockeyfeest

    (Speciaal voor Jonathan en Jobe: Ik ben ervaringsdeskundige als nationaal jeugdselectiespeler én als ouder van een jeugdselectiespeler. Mag ik nu ook meepraten?) Er zou later en deskundiger geselecteerd moet worden. Nu is de presentatie en er snel bij zijn, belangrijker dan de mogelijkheden. Langer districtsteams (ook niet heilig) en proberen meer te selecteren op potentie. Hopelijk helpt dat ook om het massaal stoppen met hockeyen rond de 18 te stoppen. Veel van de oud jeugdselectiespelers staan op hun 20ste niet eens meer op het hockeyveld. Toch vreemd! Ik weet dat anoniem roepen van de zijkant makkelijk is. Bovendien doen selectiespeler en ouders wel degelijk veel voor onze sport. Dat geldt ook voor de vele jeugdtrainers, scheidsrechters en coaches die verder van de "top" afstaan en ook vele uurtjes op het hockeyveld doorbrengen (zoals ook ik nu met hart en nieren doe). Ik hoop maar dat hockeyplezier op welk niveau dan ook voorop staat.

  11. LJvV

    Ooit bij het landskampioenschap voor D-jeugd geweest. Als je dan kijkt wat voor ouders er langs de kant staan; die denken dat hun kind binnenkort in oranje speelt. Projecteren hun eigen (mislukte) ambities op hun kinderen, en ik geloof niet dat die jongens en meisjes die gewoon lekker willen hockeyen daar beter van worden. Dus: later, beter en minder selecteren! En ouders duidelijk maken dat ze zich niet met hun kroost hoeven te bemoeien. Dit geldt natuurlijk niet voor iedereen, er zijn natuurlijk ook héél veel ouders die dit al goed doen, en waar de ambitie vanuit de kinderen en niet vanuit de ouders komt.

  12. lize

    Dankzij deze ouders behouden deze kinderen een kans om met het beste niveau mee te blijven doen ,als je van deze sport hou is er nix leuker dan dat ,veel bewegen en sporten is in deze tijd ook een zege,hoe meer kilometers op het hoogste nivo hoe groter de kans is dat ze dat nivo later ook behalen of ze het behalen is naderhand helemaal afhankelijk of ze het leuk vinden en de vele Extra moeite die er dan bij komt kijken ook gaan en willen doen en dat staat los van deze ouders die zichzelf hiervoor in dienst hebben gesteld . De beste manier om met Sport om te gaan vind ik,en je krijgt er veel leuke momenten voor terug !

  13. michel

    @LJvV De spijker op z'n kop. Kijk maar Nijmegen meisjes D1 dat in de zaal het Piet Kind toernooi wint en dan door ouders tot landskampioen worden uitgeroepen. Bond heeft dit jaar net districtskampioenschappen bij de D-jeugd afgeschaft om prestatiedruk weg te halen en landskampioenschappen in de zaal bestaan al helemaal niet voor de D-jeugd, maar ouders kunnen het niet nalaten om de prestaties van hun kroost op te hemelen. Triest maar waar.

  14. thejoker92

    Kunnen we het erover eens zijn dat elke kilometer dat een kind in de auto ZIT loze tijd is, waar het kind zich niet ontwikkelt, in tegenstelling tot elke minuut dat een kind gewoon kan spelen of hockeyen? Al dat vervoeren van de kinderen, al dat loze zitten van die kinderen is nergens goed voor. Pas vanaf bepaalde leeftijd (14+) af en toe in de auto ok.

  15. jobe

    I rest my case. Hahaha. Sommigen moeten iets zoets drinken om het zuur weg te spoelen.

  16. ruurdjanrauwerda

    Dat hele districtsmodel is best rijp om eens tegen de spiegel te houden, toch ? Is dit nog toekomstbestendig, zeker nu de KNHB in vertraagde navolging van de KNVB z'n visie op het ontwikkelen van jeugdhockeyers aan het bijstellen is ?


Wat vind jij? Praat mee...