Jesse Mahieu: ‘Het hockey sneeuwt een beetje onder’

Komende zondag is het eindelijk zover: de herstart van de Tulp Hoofdklasse Heren. De mannen van Pinoké pakken het seizoen op met een duel tegen Klein Zwitserland. ‘We beginnen eigenlijk opnieuw en dat is wel spannend’, zegt Pinoké-coach Jesse Mahieu over het vervolg van de competitie, waarin de Steekneuzen de vijfde plaats bezetten.

Die spanning zit hem vooral in de vraag die volgens Mahieu zondag wordt beantwoord: Kan Pinoké het niveau dat het liet zien in de laatste competitiewedstrijd tegen Amsterdam weer op de mat leggen? Daaraan gekoppeld zit de vraag voor de langere termijn: hoe lang kan de ploeg dat niveau vervolgens vasthouden?

Vijfde plaats

In de laatste wedstrijd, voordat het oplaaiende coronavirus de competitie stillegde, op 11 oktober vorig jaar was Pinoké in het Wagener Stadion met 3-1 te sterk voor buurman Amsterdam. Op deze overwinning viel weinig aan te merken. Optellend bij de zeges op HGC en Oranje-Rood voldeed Pinoké met een tussentijdse vijfde plaats, in punten gelijk met nummer vier HGC, aan de ambities die de club voorafgaand aan het seizoen had uitgesproken. Mahieu wil met zijn ploeg mee strijden om de playoff-plekken.

‘We liggen op schema. De vijfde plek is prima, het is een positie die ons in het zadel kan helpen om hoger te komen’, zegt Mahieu die zijn ploeg zag verliezen van Den Bosch, Bloemendaal en Kampong.

Foto: Koen Suyk

‘De nederlaag tegen Den Bosch was onnodig, maar dat soort wedstrijden kunnen je overkomen. Tegen Kampong lieten we het afweten en hebben we ons door onszelf laten ringeloren.’ Mahieu doelt op de onrustige aanloop naar het duel met de Utrechters na de positieve coronatest van Kampong-speler Jip Janssen.

Verbeterpunten

Ondanks die zure nederlaag blikt Mahieu met een tevreden gevoel terug op de eerste zeven wedstrijden van het seizoen, hoewel er altijd punten kunnen worden verbeterd. ‘De urgentie in het verdedigen moet omhoog’, zegt Mahieu. ‘Op sommigen momenten krijgen we te makkelijk goals tegen. We zijn nog te lief binnen onze eigen 23 en cirkel, laten we iemand toch nog even schieten of ons te makkelijk passeren. Het zit hem vooral in de bewustwording. Die moet groeien.’

De prestaties van Pinoké bleven niet onopgemerkt. Jannis van Hattum, Marlon Landbrug en Dennis Warmerdam kregen van bondscoach Max Caldas de kans om mee te trainen met de groep potentials. Steven Verhoogt, Joppe Stappenbelt en Miles Bukkens deden dat op hun beurt bij Jong Oranje. ‘Zes spelers in een trainingsgroep. Dat is mooi om te zien en een positieve ontwikkeling voor de club, het team en de eigen jongens. Zij hebben stappen gezet, daar zit muziek in.’

Creativiteit gevraagd

Met Pinoké trainde Mahieu in de periode van de coronastop in kleine groepjes, van vier en twee. Er werd behoorlijk wat creativiteit van hem en zijn staf gevraagd. ‘Dat is leuk en interessant, maar een training moet wel een doel hebben. Het is geen bezigheidstherapie. Het is leuk dat je anders naar de sport kijkt, maar er zit wel een einde aan. Het gaf wel weer lucht toen we weer in groepsverband konden trainen. Hockey is toch een sociale sport.’

Foto: Koen Suyk

Al iets meer dan een maand mogen de hoofdklasseclubs weer in groepsverband trainen. Daarbij dienen ze zich wel aan de protocollen te houden die door de KNHB zijn opgesteld. ‘De spelers hebben het niet zo in de gaten, maar wij als staf zitten in honderden whatsappgroepen met managers en hygiënecoördinatoren. Ik ben met dingen bezig die ik niet per se leuk vind om te organiseren of waar ik per se goed in ben, maar die wel moeten gebeuren. Binnen de staf zeiden we al tegen elkaar: op de trainerscursus is hier geen rekening mee gehouden.’

Hockeyinhoudelijk

‘Het hockey sneeuwt een beetje onder’, gaat Mahieu verder. ‘Het leukst is om bezig te zijn met hoe we gaan spelen, met de ontwikkeling van het team. We bespreken wel de hoofdlijnen, maar heel diep op de materie in gaan is soms lastig voor mij op dit moment. Je bent bezig met zo en zo laat testen en op dat tijdstip krijgen we de uitslag. Maar, dat zal iedere coach hebben. En het is mooi dat Craig Sieben (assistent, red.) en Chris Rosenmöller (fysiotherapeut, red.) zich volledig op de groep kunnen richten. ’

Een volgende puzzel is welke spelers Mahieu wanneer tot zijn beschikking heeft, zeker met de vijf buitenlanders die bij Pinoké onder contract staan. Zo hadden de buitenlandse spelers in de afgelopen periode trainingskampen met hun land en zullen ze straks opnieuw uitvliegen voor duels in de Pro League. Overigens kan Mahieu komende zondag tegen Klein Zwitserland beschikken over de Belgen Sébastien Dockier en Alexander Hendrickx. De week erna is dat waarschijnlijk niet het geval vanwege het duel in Pro League tussen Spanje en België.

Achter de oren krabben

‘De competitie is naar voren gehaald en we halen alles in voordat normaal gesproken de tweede competitiehelft zou beginnen. Daar ben ik blij mee, maar ik krab me soms wel achter de oren’, zegt Mahieu.

‘Pinoké heeft geïnvesteerd in buitenlandse toppers, maar zij zijn af en toe weg met hun nationale teams. De Pro League moet tegen heug en meug worden afgemaakt. Ik vind het opmerkelijk. Ik vraag me af hoe die overleggen gaan tussen de nationale en internationale bonden. Leggen zij überhaupt de kalenders naast elkaar? Als staf zijn we bezig met plannen hoe en wanneer te pieken, maar vragen ons tegelijkertijd af: hoe organiseren wij dit?’

Pinoké-coach Jesse Mahieu voorafgaand aan het duel Pinoke-Kampong (2-5) in de Tulp Hoofdklasse Heren. Foto: Koen Suyk

Niet helemaal logisch

‘En’, gaat Mahieu verder, ‘ik ben van mening dat de coronaregels niet helemaal logisch zijn. Als je zes positieve selectiespelers hebt mag je aanvragen om de wedstrijd te verzetten, maar als de competitie wordt verplaatst vanwege datzelfde corona en je dus vijf internationals moet missen en twee spelers die in hun revalidatie mikken op 15 maart, de oude startdatum, dan is er geen ruimte voor een gesprek met de competitieleiding. Begrijp me niet verkeerd, ik ben blij dat we mogen starten, en we lossen het wel op, maar het geeft te denken.’

In de voorbereiding op de herstart van competitie merkte Mahieu al dat dat oplossen soms een behoorlijke uitdaging was. ‘De kleine groep buitenlanders was vaak weg en er waren spelers met pijntjes. Ik belde met A’tjes en Heren 2. Ik was net een wandelend callcenter.’

Verrassingen niet uitgesloten

De coronaperikelen en internationale kalender maken het moeilijk om in de glazen bol te kijken, maar verrassingen sluit Mahieu niet uit. ‘Dat zou mij niet verbazen. Als je bijvoorbeeld naar Almere kijkt. Zij moesten heel veel nieuwe spelers inpassen en hebben nu de tijd gehad om dat te doen. Dat is voor hen wel gunstig. Datzelfde geldt voor Klein Zwitserland. Almere en KZ zullen een ander niveau halen. Ik denk dat er best verrassende uitslagen zullen zijn.’