Herfstrapport Hoofdklasse Dames: buiging voor Lola Riera

De eerste competitiehelft van de Hoofdklasse Dames zit erop. Een uitgelezen moment om de tussenbalans op te maken. Wie heeft een goed herfstrapport en wie gaat de winterstop in met een hoop huiswerk?

TOPPERS

De hunkering naar de eerste landstitel in de clubgeschiedenis neemt in Bilthoven elk jaar een beetje toe. Verliezen zit in het DNA van de club, maar anders dan in voorgaande jaren is dit seizoen niet Den Bosch, maar SCHC de favoriet voor de landstitel. Ongeslagen en met overtuigend hockey ging de club als koploper de winterstop in.

In het verleden imponeerde Stichtsche wel vaker in de eerste of de tweede competitiehelft, maar na de play-offs stond het altijd met lege handen. Maar de afgelopen pak ‘m beet anderhalf jaar is er in Bilthoven echt iets veranderd. Vooral op mentaal vlak onderging de selectie een metamorfose. De tijd dat SCHC met knikkende knieën aan wedstrijden tegen aartsrivaal Den Bosch begon, is echt voorbij. Meer dan ooit heeft de ploeg geloof in eigen kunnen. De credits daarvoor gaan ontegenzeggelijk naar hun coach Lucas Judge, die de mentale ontwikkeling van de speelsters tot een belangrijk thema maakte.

Ook op sportief vlak ging Stichtsche met sprongen vooruit. Jarenlang was de verdediging de achilleshiel. Maar met onder meer Renée van Laarhoven, Lisa Post en de herboren keepster Alexandra Heerbaart staat het achterin als een huis. Sterker nog, van alle clubs in de Hoofdklasse ging SCHC met het minste aantal tegendoelpunten de winterstop in.

Naast de aanvallende stootkracht blijft het grootste wapen van de Bilthovenaren natuurlijk de strafcorner van Yibbi Jansen. Haar grootste kwaliteit is dat ze beschikt over stalen zenuwen. De 23-jarige international heeft het vermogen ontwikkeld om op sleutelmomenten toe te slaan. Zoals Den Bosch-fenomeen Frédérique Matla de afgelopen twee seizoenen de NK-finale besliste met een rake sleeppush in de laatste seconden van de wedstrijd, zo heeft Jansen het óók in zich om finales te beslissen.

Lucas Judge mag dit seizoen met SCHC alleen genoegen nemen met de landstitel. Foto: Willem Vernes

Hoofdklasseclubs hebben er soms nogal een handje van om hockeysters uit het buitenland aan te trekken die helemaal geen versterkingen blijken te zijn. Maar in het geval van de Spaanse verdediger Lola Riera (31) ligt dat anders. Haar sleeppush bleek een geschenk uit de hemel voor HGC, dat uit veldspel nauwelijks tot scoren komt.

In de eerste weken van de competitie was de sleeppush van de 195-voudig international nog wat roestig. Maar in de speelrondes daarna dwong ze haar plek op de kopcirkel af. Haar tien doelpunten leidden haar naar de tweede positie op de topscorerslijst, achter strafcornerkanon Yibbi Jansen. We durven wel te stellen dat HGC – de huidige nummer vijf van de Hoofdklasse – zonder Riera een stuk lager op de ranglijst had gestaan.

Afwachten is natuurlijk wel in hoeverre tegenstanders de strafcorner van Riera niet steeds beter gaan lezen. Aan de nieuwe coach Suzan Veen-Van der Wielen de taak om ervoor te zorgen dat de sleeppush van Riera na de winterstop net zo goed blijft draaien.

Lola Riera van HGC heeft tegen Rotterdam een strafcorner raak gepusht. Foto: Bart Scheulderman

De grootste verrassing van dit seizoen is natuurlijk Tilburg. Als promovendus waren de verwachtingen niet bijster hoog voor de ploeg van Ageeth Boomgaardt en Maartje Paumen, maar de ploeg uit Noord-Brabant staat in de winterstop toch maar mooi boven de degradatiestreep, op de negende plaats.

Vooral in het begin van het seizoen boekte Tilburg enkele verrassende resultaten. Dat kwam vooral door de sterke organisatie die het trainersduo neerzet. Met drievoudig Wereldkeepster van het Jaar Maddie Hinch in het doel en voormalig international Ireen van den Assem als leider van de verdediging leunt Tilburg op een sterke achterhoede. Tilburg is een ploeg met een vechtersmentaliteit, die er vaak in slaagt om de boel te ontregelen en het achterin dicht te houden.

Mede door een blessuregolf bleven de resultaten aan het eind van de eerste competitiehelft achter. Manco blijft bovendien het scorend vermogen. Alleen hekkensluiter Klein Zwitserland scoorde voor de winterstop minder vaak dan Tilburg.

Het trainersduo Ageeth Boomgaardt-Maartje Paumen. Foto: Willem Vernes

HET VRAAGTEKEN

In haar eerste seizoen als opvolger van topcoach Raoul Ehren leidde Marieke Dijkstra topclub Den Bosch naar de landstitel, maar veel interessanter is eigenlijk of haar dat dit seizoen ook gaat lukken. Ten opzichte van vorig seizoen is die klus veel zwaarder.

Het afscheid van topspeelsters Marloes Keetels, Lidewij Welten en Margot van Geffen tekende zich vroeg in de competitie af. Den Bosch liep in de confrontaties met concurrenten Amsterdam en SCHC tegen nederlagen aan. Plotseling stond de Oosterplas in de fik.

Duidelijk was dat de drie vertrokken topspeelsters met hun afscheid een erfenis achter hadden gelaten. De afgelopen seizoenen was de hiërarchie binnen het team altijd heel duidelijk. Op momenten dat het moest hadden de drie vertrokken internationals het meeste recht van spreken. Zij wisten als geen ander wanneer ze moesten opstaan en hoe ze een wedstrijd naar zich toe moesten trekken. Wie waren nú degenen die de touwtjes in handen hadden?

De afgelopen maanden leken de puzzelstukjes op de juiste plek te vallen. De ploeg herontdekte zichzelf. ‘Misschien zijn we geen harde bitches meer’, zei speelster Maartje Krekelaar.

Maar in hoeverre het lek boven is, valt eigenlijk pas na de winterstop te zeggen. Den Bosch opent de tweede competitiehelft met een uitwedstrijd tegen SCHC, gevolgd door thuisduel tegen Amsterdam. Een uitgelezen kans om aan te tonen of alle kritiek aan het begin van het seizoen wel of niet terecht was.

Sinds dit seizoen is Pien Sanders aanvoerder van Den Bosch, als opvolger van Marloes Keetels. Foto: Willem Vernes

DE TEGENVALLERS

Met de komst van dribbelkoningin Lidewij Welten en een handvol andere speelsters trok Kampong afgelopen zomer de portemonnee en schiep het hoge verwachtingen. Op termijn moesten de play-offs worden gehaald.

Maar de elfde plaats op de ranglijst is natuurlijk veel te laag voor de ambitieuze club. Coach Fleur van de Kieft kreeg Kampong niet aan de praat. Ook de kwaliteiten van Lidewij Welten kwamen er nog niet altijd uit. Enig lichtpuntje was Luna Fokke, die als enige speelster vrijwel wekelijks een voldoende haalde.

Na het ontslag van Van de Kieft maakte haar opvolger Jeroen Schoenmakers een vliegende start, met twee zeges op rij. Het wordt interessant om te zien of Kampong dit na de winterstop volhoudt. Er is simpelweg te veel geïnvesteerd om te moeten strijden tegen degradatie.

Jeroen Schoenmakers, de opvolger van Fleur van de Kieft, staat ook na de winterstop aan het roer bij Kampong. Foto: Bart Scheulderman

Eigenlijk kunnen we Klein Zwitserland niet eens een tegenvaller noemen, want wat kun je nu verwachten van een ploeg die afgelopen zomer leegliep en blikken vol nieuwe speelsters opentrok.

Gek genoeg slaagde de club uit Den Haag er na het vertrek van Jorge Nolte afgelopen zomer niet in om het geraamte van de selectie te behouden. De ene na de andere hockeyster zegde Klein Zwitserland vaarwel. En dat na een seizoen waarin Klein Zwitserland als promovendus juist verrassend goed presteerde, door rechtstreekse degradatie ruimschoots te ontlopen en zich in de play-outs definitief veilig te spelen. Van het succesteam van vorig seizoen zijn dit jaar nog slechts vier speelsters over: aanvoerder Sabine van Silfhout, keepster Anna-Louise Nijdam, Bernice van Aken en Kirsen Ender.

Klein Zwitserland is dit seizoen een vreemdelingenlegioen. Na de leegloop van afgelopen zomer haalde de club maar liefst dertien speelsters, onder wie acht buitenlanders. Van hen maakte tot dusver eigenlijk alleen Australisch international Kaitlin Nobbs indruk.

Pijnlijk is ook het gebrek aan scorend vermogen. Ondanks de acht uit het buitenland gehaalde speelsters mist de ploeg een goede strafcorner. Het aantal gemaakte doelpunten – acht – in de eerste negen speelrondes is veel te laag. De achterstand op nummer elf Kampong (tien punten) en nummer tien Rotterdam (elf punten) is nu eigenlijk al zo groot dat die nauwelijks nog in te halen lijkt.

Voor Razwan Mehmood Ahmed wordt het een moeilijk verhaal met Klein Zwitserland. Foto: Bart Scheulderman


1 Reactie

  1. edwin-smolders

    “Plotseling stond de Oosterplas in de fik”. Volgens mij blonken staf, speelsters en club juist uit in rust en kalmte. Hartstikke leuk ook die eerste twee wedstrijden na de winterstop, maar ook dat zijn slechts momentopnames. Uiteindelijk draait alles om die halve finales en ene finale die ze play-offs noemen. Ik vind die ene finale op “neutraal terrein” (wie deze ook gaan spelen) een jammerlijke keuze, maar het gaat op voorhand wel voor een andere uitgangspositie zorgen. Eén finale waarin het alles of niets is blijft in willekeurig welke sport altijd mooi, maar de play-off finales in het hockey horen wat mij betreft een feest VAN de clubs BIJ de clubs te zijn en te blijven.


Wat vind jij? Praat mee...