Hoe de wereld van Joppe Wolbert in een split-second veranderde

Het waren vreemde dagen voor Joppe Wolbert op het WK onder 21 jaar in Kuala Lumpur. Woensdag was hij nog ‘gewoon’ als reservespeler toeschouwer bij het openingsduel van Jong Oranje tegen Pakistan. Een dag later tegen België mocht hij als vervanger van de geblesseerde Duco Telgenkamp een wedstrijdpakkie aantrekken. ‘Voor mij is het toernooi nu echt begonnen.’ 

Eén moment, in het tweede kwart tussen Nederland en Pakistan (3-3) veranderde het toernooi van de zeventienjarige Bosschenaar compleet. Toen het bij Telgenkamp in zijn hamstring schoot, wist Wolbert al genoeg. ‘Eerst schrok ik vooral’, herinnert hij zich. ‘Ik kan het goed vinden met Duco. Dit gun je natuurlijk sowieso niemand. Maar daarna ga je wel nadenken. Ik verwachtte wel een beetje dat – wanneer Duco niet verder zou kunnen – ik als vervanger zou komen.’

Dat zit zo. Jong Oranje heeft twee reserves mee naar het WK, die ingezet kunnen worden als iemand uit de basisgroep van achttien uitvalt. Naast Wolbert is ook Jacky van Hout aangewezen als reservespeler. Maar Van Hout is een verdediger. Wolbert kan overal staan, dus ook voorin. ‘Er waren vooraf geen afspraken over gemaakt. Maar wanneer er een spits uitvalt, hoeft er het minste geschoven te worden als er ook iemand voor terugkomt die in de aanval kan staan.’

Foto: Worldsportpics/Will Palmer

Samen gamen met Telgenkamp

Natuurlijk werd dit niet zonder slag of stoot beslist. ‘Duco vertelde zelf al vrij snel dat hij dacht dat het klaar was. Toen ik daarna in het hotel hoorde dat ik in de ploeg zou komen, vond ik het best lastig om echt blij te zijn. Het is zo ontzettend balen voor hem. En daar profiteer ik dan van. Dat is best raar. Samen konden we er goed mee omgaan.’ Lachend: ‘Vlak nadat alles duidelijk was, waren we samen aan het gamen, speelden we Fortnite. Duco was er vrij nuchter over. ‘Je moet gewoon blij zijn’, zei hij tegen mij. ‘Niemand kan hier iets aan doen.’ Dat was mooi van ‘m.’

Wolbert moest daardoor opeens ook die game-modus aanzetten buiten het hotel. Hij wist dat hij een dag later moest aantreden tegen België, een echt do-or-die-duel. Het WK kreeg dus een compleet andere lading voor hem. ‘Ik moest de tactiek van België nog even goed doornemen. Want ja, als reserve let je toch net wat minder goed op’, zegt hij goudeerlijk. ‘De nacht voor de wedstrijd kon ik lastiger in slaap komen. Ik was op de dag zelf eigenlijk helemaal niet zenuwachtig. Ik weet ook wel dat ik niet het verschil hoef te maken. Ik wilde vooral gas geven.’  

Foto: Worldsportpics/Will Palmer

Ook nog als verdediger gebruikt

En dat deed Wolbert misschien juist een klein beetje te veel in zijn eerste WK-minuten. Een van de allereerste acties van de linksbuiten leverde meteen een strafcorner op voor de Belgen, waaruit de 1-1 viel. ‘Ik ben het nog steeds niet helemaal mee eens met die corner. Er wordt dit toernooi sowieso vrij makkelijk gefloten. Ik had de bal. En volgens mij liep die tegenstander gewoon tegen mij aan. Ik verdedig altijd zo. Natuurlijk baalde ik wel heel erg toen die bal erin ging. Gelukkig ging het daarna steeds beter. Ik scoorde zelfs nog bijna.’

De multifunctionele Wolbert werd ook nog als verdediger gebruikt. ‘Eerst toen we met negen man kwamen te staan, door de twee kaarten. Later nog toen Gijs [ter Braak] achterin last kreeg. Het was spannend, maar als toeschouwer is dat gevoel nog sterker. Nu heb ik tenminste invloed op wat er gebeurt.’

Hij mag zich laten zien de komende wedstrijden. De volgende halte is Nieuw-Zeeland, zaterdag om 04.00 uur Nederlandse tijd. Wint Jong Oranje dat duel, dan is een plek in de kwartfinales een feit. ‘Voor mij is het toernooi echt begonnen. Ik ben er nu helemaal bij.’ 


Wat vind jij? Praat mee...