Sander Baart: calamiteitengoalie van de Oranje Heren

Wel eens afgevraagd wat er tijdens de Olympische Spelen eigenlijk gebeurt indien Jaap Stockmann, uiteraard onverhoopt, geblesseerd raakt? Voor de volgende wedstrijd zit Pirmin Blaak ergens in een hotel in Rio de Janeiro klaar om zijn keepersrusting aan te trekken en het Nederlandse doel te verdedigen. Maar hoe maakt Oranje dan die wedstrijd zelf af zonder keeper? Het antwoord is: met Sander Baart onder de lat.

Baart heeft er inmiddels al een paar trainingen als surrogaatdoelman op zitten. ‘Grappig en leuk om te doen’, noemt de verdediger de oefeningen. ‘Het is natuurlijk niet vol, zodat ik niet het risico loop verkeerd geraakt te worden. We trainen rustig op de basistechnieken en de strafcorner, zodat ik die een beetje gewoon ben als het zover komt. Straks gaan we ook nog op shoot-outs trainen, mocht het zover komen heb ik daar in ieder geval op geoefend.’

Dus hypothetisch gezien zou het kunnen dat Oranje de Olympische finale speelt, Stockmann zich lelijk verstapt en Baart de legguards aantrekt voor de beslissende shoot-outserie? ‘Ja, als ik zelf nog heel ben, ga ik inderdaad in de goal staan. Uiteraard hoop ik niet dat dit gebeurt, maar als het zo is, zal ik er alles aan doen om die bal eruit te houden.’

“Dat is iets voor Baartje”

Bij een blessure van Stockmann tijdens een wedstrijd in Brazilië trekt Baart dus het keeperskostuum van zijn ploeggenoot aan. Dat gaat goed, volgens de ruim 15 centimeter kleinere verdediger. ‘Grappig genoeg pas ik dat pak. Blijkbaar heeft Jaap niet heel grote materialen. Het schijnt dat een grotere keeper niet per se grotere bescherming nodig heeft. Misschien komen de legguards bij mij een beetje hoger dan bij Jaap, maar ik verzuip er niet in. Ik kan er goed in bewegen.’

Hoe word je eigenlijk calamiteitengoalie van Oranje? Moest Baart selectie doen?  ‘Sowieso moest iemand het doen en iedereen zei gelijk “dat is iets voor Baartje”, toen het gevraagd werd. Voor de training doen we vaak een spelletje met de jongens dat we tennisballen op het doel slaan. Dan sta ik ook vaak te keepen en duik ik vol naar de ballen. Ik wilde vroeger keeper worden, maar dat mocht nooit van mijn vader. Misschien was ik wel een logische keuze omdat ik bij de verdedigende strafcorner al op de lijn sta. Dat is zonder bescherming dus misschien nog wel enger. Trouwens, er waren ook geen andere vrijwilligers voor de functie.’

 

 


1 Reactie

  1. aadderouville

    ee


Wat vind jij? Praat mee...