Door corona plots nog amper buitenlanders in de Hoofdklasse

Als gevolg van de coronacrisis en daardoor het jaar uitstel van de Olympische Spelen in Tokio lijkt het er sterk op dat komend seizoen amper buitenlanders in de Nederlandse Hoofdklasse Heren spelen. Diverse buitenlandse hockeyers die afgelopen seizoen hier nog speelden, zijn inmiddels vertrokken en keren niet terug. Nieuwe spelers van buiten de grenzen worden, mede door lagere budgetten, nauwelijks aangetrokken. Sterker nog: internationale toppers als Whetton, Zalewski en Roper hebben hun transfers inmiddels afgezegd.

Een paar maanden met het coronavirus heeft hockeyland in een paar maanden tijd ook de wereld op zijn kop gezet. In februari hadden we op hockey.nl nog een serie artikelen met de titel: Transfergekte na Tokio. We schreven over coaches van team uit de Hoofdklasse Heren die werden overspoeld met aanvragen van buitenlandse spelers die in Nederland emplooi zochten.

‘Ik denk dat ik ongeveer vijftien internationals uit de A-categorie, die het WK hebben gespeeld, aangeboden heb gekregen’, zei Den Bosch-coach Eric Verboom destijds.

Zijn club maakte sindsdien de komst van een speler bekend: de Nederlander Koen Bijen.

Den Bosch heeft met Loïc van Doren en Sebastien Dockier wel twee Belgen in haar ploeg. Onze zuiderburen zijn ook komend seizoen hofleverancier van buitenlanders in de Hoofdklasse Heren. Met ook Arthur van Doren bij Bloemendaal, Tanguy Cosyns bij Amsterdam, Alexander Hendrickx (Pinoké), Thibeau Stockbroekx en Thomas Briels (beiden Oranje-Rood).

Whetton en Roper komen niet naar Oranje-Rood

Briels speelde een paar jaar geleden bij Oranje-Rood nog samen met een groot aantal buitenlandse sterren. Dat is half juli, wanneer de Eindhovense hoofdklasser de voorbereiding op het nieuwe seizoen start, wel anders. Ook anders dan de clubleiding en coach Robert van der Horst hadden verwacht. De club wilde het vertrek van de Oostenrijker Benjamin Stanzl en de Argentijn Lucas Martinez opvangen met twee nieuwe buitenlandse toppers.

Niklas Wellen. Foto: Koen Suyk

De komst van de Australiër Jake Whetton was zelfs al aangekondigd, maar ook met Brits international Phil Roper was al overeenstemming bereikt. Door het uitstellen van de Spelen van Tokio naar 2021 worden beide spelers door hun hockeybond geacht in eigen land te spelen. Ze hebben daarop naar Eindhoven gebeld dat ze komend seizoen het oranjerood niet gaan dragen.

Coach Robert van der Horst: ‘Het is jammer dat die jongens niet komen, maar we gaan geen andere buitenlanders halen om het halen. Spelers die we aantrekken moeten wel een versterking zijn. We hebben een jonge groep met veel goede spelers uit de eigen jeugd, waar ik veel vertrouwen in heb. We hopen wel dat Wetthon en Roper volgend seizoen alsnog komen.’

Geen Pinoké maar Australië voor Aran Zalewski

Dezelfde geluiden klinken bij het ambitieuze Pinoké. Al in januari werd daar de terugkeer van de Australische international Aran Zalewski groots aangekondigd. Een maand later volgde het ronkende bericht over de overgang van de Duitse international Niklas Wellen. Het goede nieuws voor Pinoké: Wellen meldt zich, ondanks het verplaatsen van de Spelen, binnenkort gewoon voor de eerste trainingen in het Amsterdamse Bos. Door de naam van Zalewski kan wel een streep. Ook hij moet in Australië blijven om kans te maken om met de Kookaburras deel te nemen aan de Spelen in Tokio. ‘We hebben met Aran de afspraak dat hij volgend seizoen wél komt’, zegt Michiel Hilders, bestuurslid tophockey van Pinoké.

Bij die club vertrekt de Argentijn Agustin Bugallo (naar HGC), waardoor komend seizoen naast Wellen alleen Martin Ferreiro (Argentinië), Alexander Hendrickx en Agustin Mazzilli (Argentinië) geen Nederlands paspoort hebben. Hilders: ‘Het blijft ons uitgangspunt dat we zoveel mogelijk met eigen jongens de top 4 van Nederland willen aanvallen. Twaalf van de twintig jongens in onze selectie hebben in JA1 gespeeld. Voor de opleiding van die jongens is het ook goed om een aantal jaren met toppers als Zalewski en Wellen samen te spelen. Dat zijn jongens uit de buitencategorie. We zijn voor ons selectie nog aan het kijken voor een versterking, maar ik verwacht geen buitenlandse toptransfer. Al houden we onze ogen daar natuurlijk wel voor open.’

Keeper Mark Ingram in actie voor Rotterdam. De Ier vertrekt bij Rotterdam. Foto: Koen Suyk

Concurrent Rotterdam, dat de afgelopen jaren ook een kern van Nederlandse spelers combineerde met eigen jeugd en buitenlandse versterkingen, gaat komend seizoen met een sterk vernederlandse selectie de competitie in. Bij de Zuid-Hollands club, waar international Thijs van Dam deze week wel voor twee jaar bijtekende, vertrekken de Nieuw-Zeelandse internationals Kane Russell en Blair Tarrant. Ook de Ieren Mark Ingram en Sean Murray gaan weg uit Rotterdam. Over de komst van eventuele nieuwe spelers kunnen nog geen mededelingen worden gedaan, zegt een woordvoerder van Rotterdam.

In de selectie van Klein Zwitserland Heren 1 was afgelopen seizoen Engels de voertaal. Dat kwam hoofdzakelijk door de aanwezigheid van de Argentijnse coach Carlos Castaño, die geen Nederlands spreekt, maar ook omdat de selectie van KZ veel buitenlanders herbergde. Castaño vertrekt bij KZ en wordt opgevolgd door Omar Schlingemann, de Nederlander die de laatste jaren in Duitsland werkte.

Hoe zijn selectie voor komend seizoen er precies uit gaat zien, zegt de club nog niet te weten. ‘Maar we gaan het in ieder geval met meer Nederlandse jongens doen’, zegt een woordvoerder. Bij KZ vertrekken in ieder geval de Argentijnen Enzo Terossi en Nico Cicileo. En is het sterk de vraag of de club de Australiër Blake Wotherspoon en de Argentijn Diego Paz kan of wil behouden.

HGC uitzondering op de minder buitenlanders regel

Uitzondering op de minder buitenlanders regel vormt HGC. Voorzitter Gorrit-Jan Blonk gaf eerder aan dat de club net als andere verenigingen door de coronacrisis minder budget beschikbaar heeft voor komend seizoen, maar niettemin lijkt het aantal buitenlanders in de Haagse selectie het grootst van alle hoofdklasse-teams. De club had al de beschikking over Nicholas Budgeon (Australië), Kenta Tanaka (Japan), Devindar Walmiki en Harjeet Singh (beiden India) en Maico Casella Schuth (Argentinië). Daar komt in ieder geval Casella’s landgenoot Agustin Bugallo (van Pinoké) bij.

Agustin Bugallo in het shirt van Argentinië. Foto: Willem Vernes

Ook de vrouwen van HGC lijken de grootste delegatie uit het buitenland te hebben van alle teams in de Livera Hoofdklasse Dames. Zo komt Dirkie Chamberlain over vanuit Royal Antwerp. De Zuid-Afrikaanse international heeft inmiddels 240 caps op haar naam. Zij is niet de enige buitenlandse versterking: ook de Argentijnse spits Mili Fernández Ladra sluit aan bij de ploeg. Zij speelde het afgelopen jaar bij UB Taburiente, Gran Canaria, Spanje en maakte deel uit van het Argentijnse nationale team (27 caps). Heather McEwan, Brits/Zuid-Afrikaans, komt over uit Engeland, Holcombe. Ook zij speelde in het nationale team van Zuid-Afrika (20 caps).

Hoofdklasse Dames

Verder zijn de buitenlanders in de Hoofdklasse Dames, zoals eigenlijk al jaren, met een vergrootglas te zoeken. In de drie topploegen Den Bosch, Amsterdam en SCHC zit in de selectie niet een buitenlander. SCHC had lange tijd de Britse keepster Maddie Hinch onder contract en maakte gebruik van de diensten van de Argentijnse ster Delfina Merino. Er waren even geruchten dat Merino weer haar roodblauw zou dragen, maar daar kon met het uitstel van de Spelen sowieso een streep door.

Marlena Rybacha met Fiona Morgenstern. Foto: Koen Suyk

Oranje-Rood maakte de laatste jaren furore, mede door het aantrekken van goede buitenlanders. Na het vertrek van de Duitse coach Tina Bachmann volgde ook de exodus van de Argentijnse Maria Jimena Cedres Lobbosco, de Uruguayaanse Manuela Vilar del Valle Dupuy en Chileense Manuela Urroz Richter. Alleen Marlena Rybacha is overgebleven. De Poolse krijgt, en hoe kan het ook anders, gezelschap van een Belgische: Pauline Leclef.