HDM weerstond de verleiding en krijgt vooralsnog gelijk

Na ongeveer een kwart van de competitie zijn ze één van de verrassingen van het hoofdklasseseizoen. De mannen van nieuwkomer HDM kregen weliswaar al twee monsternederlagen te slikken, maar visten ook al vijf punten op. Die konden weleens van levensbelang zijn aan het eind van het seizoen. 

Ergens is de constatering wrang, maar aan de andere kant zorgt het ook voor een bepaalde trots. ‘We hebben op papier een minder team dan vorig jaar’, stelt HDM-coach Erik van Driel. ‘Maar als collectief zijn we een stuk sterker. Als spelers weggaan, doen anderen er een schepje bovenop.’

Die quotes verdienen nadere uitleg. HDM bereikte vorig seizoen met een hoofdklasse-waardige selectie de play-offs van de Promotieklasse. Daarin werd SCHC na drie heroïsche duels afgetroefd. Uiteraard was iedereen in Den Haag in de gloria. Na vier jaar afwezigheid was de terugkeer in de Hoofdklasse een feit.

Maar dat succes had ook een keerzijde. Toen al het bier van de vloer was gedweild, bleek dat cornerman en steraanvaller Boris Burkhardt terugkeerde naar Amsterdam. Burkhardt, goed voor 26 goals in het promotiejaar, woonde nog in Amsterdam en wilde weer een stap omhoog maken. Naar de echte top dus.

Spelmaker Cedric de Gier in duel met Derck de Vilder van Kampong. Foto: Willem Vernes

Paniekaankoop?

Dat bleek verderop in dezelfde zomer ook te gelden voor Duco Telgenkamp, die na het EK met Jong Oranje de overstap maakte naar Kampong. Een veelbesproken transfer, die HDM niet zag aankomen. Er kwam aanwas, zoals de Duitse middenvelder Tino Nguyen Luong, de terugkeerde aanvaller Ruben Versteeg en Fabian Verzuu – eveneens een spits, gekomen van Tilburg.

Na het vertrek van Telgenkamp overwoog HDM om nog de markt op te gaan. ‘Daar was financieel ruimte voor. De jongens wilden ook graag dat er nog iemand kwam’, vertelt Van Driel. ‘Er kwamen wat namen op tafel. Vooral spelers die mee hadden gedaan aan de Commonwealth Games waren nog wel beschikbaar. Dat zijn jongens met genoeg caps en goals. Maar gaat zo iemand echt het verschil maken?’

De verleiding is dan natuurlijk groot nog iemand te halen. Je moet sterk in je schoenen staan om geen paniekaankoop te doen. ‘Dat sta ik ook’, grijnst Van Driel. ‘Ik was niet overtuigd dat die internationale jongens een meerwaarde zouden zijn. Je moet hier niet alleen goed presteren, maar ook als persoon bij de club passen. We hebben besloten om het overgebleven budget te investeren in de huidige groep. Voor extra trainingen, fysiek en mentaal. Dat past beter bij onze visie dan uit angst regeren.’

De teruggekomen Ruben Versteeg baalt na de 7-1 nederlaag van HDM tegen Kampong. Foto: Willem Vernes

Harde ontgroening, goed herstel

Voorlopig heeft Van Driel het gelijk aan zijn zijde. Uiteraard was de ontgroening van HDM in de Hoofdklasse – een 8-1 nederlaag bij Rotterdam –  hard en pijnlijk. Maar daarna vlogen de punten binnen. Na de remises tegen HGC en Amsterdam – vorig seizoen allebei in de play-offs – en de zoete zege op buurman Klein Zwitserland (3-2) stond de teller in een keer op vijf. Dat er zondag weer hard verloren werd, ditmaal van Kampong (7-1), mag de Haagse pret amper drukken. 

‘Of het nou 4-1 of 7-1 wordt, dat boeit me niets’, zegt Van Driel. ‘Je weet dat je hier tegenaan gaat lopen. Ik vind het belangrijker dat we minder gif en overtuigingskracht lieten zien dan in de andere wedstrijden. Dat gebrek aan mentaliteit en beleving werd keihard afgestraft. In de weken daarvoor ging dat supergoed. Bleken we heel erg bereid om voor elkaar te werken.’

Van Driel is dan ook ‘super tevreden’ over de manier waarop HDM zich manifesteert. Hij erkent dat hij vooraf zou hebben getekend voor de vijf punten die nu verzameld zijn. Daarmee doet HDM nu al zeer goede zaken in de interne competitie met Schaerweijde (nu op drie punten) en nog puntloze Voordaan, de andere promovendi en concurrenten in de strijd tegen degradatie. ‘Tegen die ploegen moeten we er staan. We moeten boven een van die teams eindigen. Tiende of elfde, dat is mij om het even. Als we erin blijven via de play-outs is dat geen stunt, maar een realistische doelstelling.’

Een negende plek zou dat wel zijn. ‘Dat zou betekenen dat een van de andere teams niet functioneert. Dat er heibel is of onrust. Er zijn negen ploegen in de Hoofdklasse met meer kwaliteiten dan wij. Onze doelstelling is om niet laatste te worden. Het begin mag er zijn.’


Wat vind jij? Praat mee...