Schaerweijde en het slotfase-spook: ‘Hoe maak je een wedstrijd dood?’

2024 is nog niet bepaald het jaar van de mannen van Schaerweijde. De eerste vier Hoofdklasse-duels leverden slechts een puntje op voor de ploeg uit Zeist. In al die wedstrijden kregen ze in de slotfase de kous op de kop. Daardoor lieten ze maar liefst zeven punten glippen.

Het was grappig en ook illustratief, bij de vorige competitiewedstrijd in Zeist. Vlak voor het einde van de wedstrijd tegen HGC deed Schaerweijde-assistent Reinoud Wolff net alsof hij de wedstrijdtoeter van de officials wilde afpakken. Zijn team stond vol onder druk, nadat HGC zes minuten voor het einde al de 1-1 had gemaakt. ‘Dat doe ik elke wedstrijd’, lachte Wolff. ‘Dan worden ze even helemaal gek.’

HGC-thuis was weer een wedstrijd waarin Schaerweijde in de laatste minuten punten liet liggen. Door de 1-1 in de 54ste minuut, hielden ze niet drie, maar slechts één puntje over aan de zondag. Het was alweer het vierde duel op rij, waarin Schaerweijde zich in de slotfase liet aftroeven. Een week eerder stonden ze tot de 53ste minuut met 1-0 voor tegen HDM, maar verloren ze alsnog met 2-1.

Weer een wedstrijd daarvoor hadden ze acht minuten voor tijd nog een gelijk (2-2) in handen tegen Den Bosch, maar werd er uiteindelijk een 3-4 nederlaag genoteerd. De tweede seizoenshelft begon ook al met een late tegenvaller: tegen Kampong mocht Schaerweijde tot de 59ste minuut hopen op een punt, maar daarna zorgde Duco Telgenkamp er hoogstpersoonlijk voor dat de ploeg van Albert-Kees Manenschijn wederom met lege handen stond: 2-1.

Schaerweijde viert de 1-0 tegen HGC, maar kreeg ook in dat duel in de slotfase een goal om de oren. Foto: Bart Scheulderman

‘Niet fit genoeg? Dat is te makkelijk’

‘Het zijn cijfers waar we niet happy van worden’, reageert Manenschijn op de opmerkelijke reeks van Schaerweijde. Met een zucht: ‘Een leek zou wellicht zeggen dat we niet fit genoeg zijn. Maar het is veel te makkelijk om het daarop te gooien. Volgens mij wordt er sowieso heel veel gescoord – en beslist – in die laatste fase van de wedstrijd. Dan gaan de teams die achterstaan spelen alsof ze niets meer te verliezen hebben. En dat is heel moeilijk tegen te houden.’

Het is een wrange conclusie voor Schaerweijde dat dus zonder die malheur in de slotfase zeven punten meer had gehad. Dan hadden ze op achttien punten gestaan. Vrij steady, in de middenmoot. De grote vraag is natuurlijk waar het wél aan ligt, dat de degradatiekandidaat zijn tegenstander niet meer bij kan houden in de slotfase. ‘We hebben het lastig met die alles-of-niets-instelling van teams’, stelt Manenschijn. ‘Neem Den Bosch, een paar weken geleden. Tien minuten voor tijd stonden we tegen hen op 2-2. Maar daarmee namen zij geen genoegen. Ze speelden in de laatste minuten vol op de aanval. Namen liever het risico te verliezen, dan voor het puntje te gaan. Toen gingen we eraf.’

Er is nog een factor die een rol speelt, volgens de coach. ‘Vertrouwen. Natuurlijk weten we dat het de afgelopen weken mis ging in de laatste minuten. Dat werkt door. Wanneer je als ploeg in de slotfase telkens nog in staat bent om terug te komen, dan voel je je sterk. Dan denk je: kom maar op, we hebben het vaker gedaan in die laatste vijf of tien minuten. Wij zitten aan de andere kant van de medaille. Je ziet het ook in het veld. De kwaliteit aan de bal wordt minder. Daarmee bedoel ik dat het onrustiger wordt. We lijden meer balverlies. Daar wordt het niet makkelijker van.’

Manenschijn en assistent Wolff langs de lijn bij Schaerweijde. Foto: Bart Scheulderman

Weinig tijd voor vernieuwde ploeg

Manenschijn probeert dat uiteraard te verbeteren bij zijn ploeg. ‘We zijn er tijdens de trainingen mee bezig. Met onze organisatie. Het bewust zijn van de situatie. Zorgen dat het tempo uit de wedstrijd gaat. Hoe maak je die laatste minuten dood als je voorstaat? Dat moet je ook meemaken en ervaren. Dan word je daar slimmer in, krijg je meer gogme. En natuurlijk moet het kwartje een keer vallen. Het moet beter in die laatste fase als we willen winnen.’

Gelukkig voor Schaerweijde is er ook een lichtpuntje. Want er zit een verschil van dag en nacht tussen de resultaten van de ploeg voor en ná de winter. ‘In de eerste seizoenshelft verloren we heel dik. Niet zo gek, natuurlijk. Onze hele as was weg. Van onze laatste man tot onze spits, iedereen was vertrokken of gestopt. We groeien. Echt. Maar ja, we hebben inmiddels wel heel hard punten nodig. Er is stilaan weinig tijd meer.’


Wat vind jij? Praat mee...