De competitie van de Hoofdklasse zit er op. Een uitstekend moment voor de eindbalans. Vandaag, zonder landskampioen en Europa Cup-winnaar Den Bosch tekort te doen, de drie toppers en de drie tegenvallers van de Hoofdklasse Dames.
TOPPERS
Topper 1: Charlotte Vega
Hoewel Amsterdam het seizoen teleurstellend afsloot met de verloren playoff-finale en de vierde plaats op de EHCC, mag Charlotte Vega terugkijken op een voor haar persoonlijk geslaagd jaar. Het was misschien wel een van haar beste seizoenen ooit, waarin ze niet bleef hangen in haar verdriet van het afvallen bij Oranje, maar zich met zestien doelpunten tot gedeeld topscorer van de Hoofdklasse kroonde, samen met Caia van Maasakker (SCHC) en Pien van Nes (hdm).
Een jaar geleden spatte haar droom uiteen toen bondscoach Alyson Annan haar niet oproep voor het EK. Het kwam voor de spits van Amsterdam misschien nog wel harder aan dat Annan haar ook liet afvallen voor de Hockey World League in Nieuw-Zeeland en haar daarna niet meer opriep voor de trainingsgroep die zich voorbereidt op het WK in Londen.
Maar Vega liet zich niet uit het veld slaan. Dankzij haar productiviteit zorgde ze dit jaar voor een hoop discussie. Ze scoort makkelijk, een kwaliteit die de Oranje Dames weleens binnen hun selectie hebben gemist en waarop Annan in de jacht op het EK-goud veel aandacht besteedde. Het WK zal Vega echter niet spelen en de kans lijkt klein dat Annan haar daarna nog selecteert. Vorig jaar heeft Vega tijdens de Hockey World League in Brussel een eerlijke kans gekregen en die heeft ze niet met beide handen aangegrepen. Dat maakt het des te knapper dat de spits zich heeft gerevancheerd en een doelpuntrijk seizoen achter de rug heeft.
Topper 2: Sonja Thomann
Terwijl hdm grotendeels dezelfde selectie had als vorig seizoen, presteerde Sonja Thomann in haar eerste jaar als coach van de Haagse ploeg opvallend goed. Voor het eerst sinds 1993/1994 eindigde hdm, met een zesde plaats, in het linkerrijtje. Daarmee kwam een einde aan de trend dat de club – met zevende en achtste plaatsen – jaar in jaar uit kleurloze seizoenen aaneen reeg.
Het belangrijkste wapen dit jaar was de gevreesde sleeppush van Pien van Nes. Thomann was verantwoordelijk voor het geheim daarachter, een wekelijkse strafcornertraining gegeven door specialist Bram Lomans. Iets dat niet los kan worden gezien van het feit dat Van Nes met name in de eerste competitiehelft in de vorm van haar leven verkeerde. Met zestien doelpunten eindigde ze uiteindelijk samen met Caia van Maasakker en Charlotte Vega bovenaan de topscorerslijst.
Het is duidelijk dat de opvallende aanpak van Thomann – ze laat haar speelsters voor de wedstrijd planken en draait in de kleedkamer weleens You’ll never walk alone – niet alleen voor Van Nes, maar voor het hele team heeft gewerkt.
Topper 3: Bloemendaal
Het lijkt alweer een eeuwigheid geleden dat Bloemendaal negen keer op rij verloor. Louter verliezen was even wennen voor coach Teun de Nooijer vorig seizoen, maar dit jaar kreeg hij zijn team, zonder de vertrokken Engelse internationals Kate en Helen Richardson-Walsh, aan de praat. Voor de eerste keer in vier jaar slaagde Bloemendaal erin play-outs om degradatie te ontlopen.
Als ultieme bekroning van het geslaagde seizoen wonnen de Mussen de allereerste editie van de Gold Cup. Een prijs die door topploegen misschien niet serieus werd genomen, maar die middenmoters als hdm en Hurley dolgraag wilden winnen. Nadat Bloemenaal gedurende de Gold Cup HBS, Leonidas, QZ en SCHC had uitgeschakeld, drie overgangsklassers en één hoofdklasser die met zijn hoofd wellicht al bij de play-offs was, rekende het in de finale af met een tot op het bot gemotiveerde hdm. Cadeautjes werden in de eindstrijd niet gegeven. Op de overwinning van Bloemendaal viel weinig af te dwingen.
Met het oog op volgend seizoen is het scorend vermogen van Bloemendaal nog wel een zorgenkindje. Met zestien treffers waren de Mussen dit jaar de minst scorende ploeg van de Hoofdklasse. Het zegt veel over het dunne koord waarop Bloemendaal balanceert. Voor hetzelfde geld bungelt het volgend seizoen niet aan de goede, maar aan de verkeerde kant van de playout- en degradatiestreep.
TEGENVALLERS
Tegenvaller 1: Kampong
Te vaak zakte Kampong dit seizoen door de ondergrens. Af en toe speelde het goed, maar gaf het in een paar minuten van zwakte de tegenstander de uitgelezen kans genadeloos toe te slaan. Tegen Laren verspeelde Kampong in een paar minuten een 2-0 voorsprong (2-2). Tegen Nijmegen werd een 1-0 voorsprong in de laatste seconde toch een gelijkspel (1-1).
Met een achtste plaats en 27 punten presteerde Kampong het slechtst sinds 2011/2012. En dat uitgerekend na een succesvol seizoen, waarin Kampong tot het eind meedeed aan de strijd om het vierde playoff-ticket. Dit jaar liet de ploeg van Santi Freixa voor de winterstop het gat met de topvier al zó groot worden dat er in de tweede seizoenshelft eigenlijk geen eer meer te behalen viel.
Natuurlijk raakte Kampong met het vertrek van middenvelder Marijn Veen naar Amsterdam een talentvolle speelster kwijt, maar het verschil met vorig seizoen liet zich vooral vangen in de vormcrisis waarmee Sophie Bray het hele jaar kampte. Zo makkelijk als de Engelse goaltjesdief het doel vorig jaar vond (zestien keer), zo moeizaam ging het in haar tweede seizoen bij Kampong (vijf goals).
Zonder dodelijke spits, maar ook zonder strafcornerspecialist en met te veel jeugdige wisselvalligheid was het dit jaar simpelweg te vaak net-niet voor Kampong.
Tegenvaller 2: Nijmegen
Natuurlijk, elke promovendus heeft het lastig in de Hoofdklasse. De play-outs halen, is eigenlijk het hoogste haalbare. Als je dat weet, maak er dan als gepromoveerde club in ieder geval een lekker seizoen van. Zorg ervoor dat je geniet van de wedstrijden op het hoogste niveau en dat je af en toe in positieve zin opvalt.
Bij Nijmegen was het niets van dat alles. Het spel was saai, de meiden stonden strak van de stress en leden aan een chronisch gebrek aan zelfvertrouwen. Het is dat er in de laatste wedstrijd zoveel consternatie was rondom aanvalster Senna Bombach en coach Matthijs Brouwer, anders zouden we nu al zijn vergeten dat Nijmegen in de Hoofdklasse speelde. Een gemiste kans.
Overigens mogen de dames van Huizen blij zijn met Nijmegen. Ook die ploeg viel nauwelijks op, maar dankzij Nijmegen konden de speelsters van coach Boaz Janssen het verblijf in de Hoofdklasse via de play-outs met in ieder geval een jaar verlengen. En bleef hen hier een plek bij de tegenvallers bespaard.
Tegenvaller 3: SCHC
Met name voor de winterstop draaide SCHC een moeizaam seizoen. Na de uitschakeling in de halve finale van de play-offs tegen Den Bosch, namen we het jaar van de Bilthovense ploeg al onder de loep in dit artikel.
2 Reacties
kasparstevens
Tja Topper 1, en wat als ze gewoon die Rode kaart in Q1 van de play-off finale wel had gekregen ...
ina
Topper 1 Charlotte Vega... Een ding weten we zeker een eerlijke kans heeft ze nooit gekregen en zal ze waarschijnlijk ook niet krijgen van Annan