OR laat jongensdroom uitkomen voor Nieuw-Zeelander Lane

Natuurlijk is het seizoen nog pril, maar als de eerste wedstrijden niet bedriegen gaat Oranje-Rood heel veel plezier beleven aan aanwinst Sam Lane. De Nieuw-Zeelandse aanvaller heeft er inmiddels drie inliggen voor zijn nieuwe werkgever uit Eindhoven, waar er voor hem een droom uitkomt.

De 3-1 zege op Rotterdam ligt nog geen tien minuten achter hem, als Lane even terugdenkt aan thuis. Aan zijn jeugd in Temuka, aan de oostkust van Nieuw-Zeeland. ‘Het was daar niet makkelijk om buitenlands hockey te kijken. Ik zag vooral veel beelden uit de EHL. Daar heb ik Oranje Zwart voor het eerst gezien. Ik was toen een jaar of zestien, zeventien’, klinkt het mijmerend in de spelerstunnel. 

Het waren de jaren dat OZ een grootmacht was in Europa. In 2014, de verloren finale op eigen terrein tegen Harvestehuder. Een jaar later volgde de mierzoete revanche tegen UHC Hamburg in de eindstrijd, die door z’n 22 shoot-outs historisch werd.

Die fragmenten maakten indruk op Lane. Ze gaven hem als jongetje een droom. Een toekomstbeeld dat tastbaarder werd toen hij als tiener in 2016 debuteerde bij de nationale ploeg van Nieuw-Zeeland. De Pro League bracht hem in 2019 op heilige grond. Naja, bijna. Uiteraard, Oranje Zwart was inmiddels opgegaan in Oranje-Rood. Het complex dat Lane van zijn laptopbeelden kende was veranderd.

Lane feliciteert Thibeau Stockbroekx, de maker van de 3-1 voor Oranje-Rood. Foto: Willem Vernes

Hoe Lane in beeld kwam bij OR

Maar de interland tegen Nederland in Eindhoven maakte diepe indruk. ‘Stel je eens voor dat je iedere week voor zoveel mensen speelt. Dat zeiden we tegen elkaar. Een paar jongens uit dat team, zoals Kane Russell en Hugo Inglis, hadden al ervaring in de Hoofdklasse.’ Een dikke glimlach: ‘Ik wist, dat wil ik ook. Ooit.’

Ooit werd dus de zomer van 2022. Lane zat inmiddels een paar jaar bij het Belgische Leuven, afgelopen seizoen vijfde op het hoogste niveau. Hij manifesteerde zich meer dan behoorlijk met veertien treffers, waarvan er negen veldgoals waren. Ter vergelijking: alleen de Belgische gouden olympiërs Tom Boon en Cédric Charlier maakten meer treffers, als je strafballen en corners niet meetelt. 

Dat Lane goed op dreef was, viel ook op in Eindhoven. ‘Jeroen Baart en Rob Haantjes, de hoofdcoaches van onze eerste teams, hebben een groot netwerk in België’, vertelt Harry van Hout, voorzitter van de tophockeycommissie van OR. ‘Zo kwam Sam in beeld. We zagen vorig seizoen, zeker nadat Jelle Galema geblesseerd raakte, dat we kwetsbaar waren in de voorhoede. We hebben veel snelheid voorin, maar die jongens zijn allemaal nog relatief jong en onervaren. Sam speelde al een jaar of drie in België, heeft internationale ervaring en heeft ook nog een corner.’ Lang verhaal kort: ‘Hij is een welkome aanvulling.’

Inderdaad, de bal belandde zondag op de stip. Lane benutte de strafbal. Foto: Willem Vernes

Match made in heaven, zo lijkt het

Lane meldde zich zondag geregeld op de kop van de cirkel. Daarmee hoeft OR niet alleen meer te leunen op Gijs van Merriënboer, die vorig seizoen de onbetwiste hoofdcorner was. ‘Ook Tijmen Reyenga kan dat. En dan hebben we Sheldon Schouten en Pim Haring ook nog. We hebben veel meer mogelijkheden’, prijst Van Hout zich gelukkig.

De Nieuw-Zeelander liet zich in de eerste speelronde al van zijn beste kant zien. Voordaan-uit werd voor hem dankzij zijn twee goals een onvergetelijke wedstrijd. Zondag tegen Rotterdam viel Lane niet alleen op door zijn corners, maar ook door zijn rake strafbal. De spits, die door zijn beresterke lijf amper van de bal is te krijgen, is een perfect aanspeelpunt in de voorhoede van zijn ploeg.

Een match made in heaven, zo lijkt het dus. ‘Ik moet mezelf soms even in de arm knijpen, om door te hebben dat dit waar is. Ik voel me bevoorrecht dat ik hier mag spelen. In Nederland ligt het niveau echt hoger dan in België. Dit is voor mij next level. Ik sta hier met Pirmin Blaak op het veld, wat mij betreft de beste keeper ter wereld. Hij geeft mij tips, ik leer constant. De basisskills zijn hier veel beter, het spel is opener en vloeiender.’

Lane in duel met Adam Dixon van Rotterdam. Foto: Willem Vernes

Pro League en zijn eerste TD

De afgelopen seizoenen moest Lane z’n plezier vooral halen uit het clubhockey. Door de strenge coronarestricties speelde hij met Nieuw-Zeeland praktisch alleen tegen Australië. ‘Dat was niet altijd makkelijk’, geeft Lane toe. ‘We hebben het internationale hockey gemist. Het is voor ons geweldig dat we dit seizoen weer meedoen aan de Pro League. Daardoor moeten Sean Findlay (de andere Nieuw-Zeelander van OR, red.) en ik misschien wel een paar wedstrijden missen bij Oranje-Rood. Maar veel zullen het er niet zijn. Het grote doel is om er staan tijdens het WK.’ Wijzend naar de gang: ‘Hopelijk kom ik daar een paar jongens uit onze kleedkamer tegen.’

Ondertussen dompelt Lane zich voorzichtig onder in de Nederlandse cultuur. ‘Ik woon hier samen met Sean, op een paar minuten van de club. Iedereen wil ons helpen, staat voor ons klaar. Ze spreken allemaal uitstekend Engels, al wil ik ook Nederlands gaan leren. Maandag staat mijn eerste les op het programma.’

Zijn laatste zin wordt overstemd door feestmuziek uit de kleedkamer, iets verderop dus in hetzelfde gangetje. Over cultuur gesproken: Lane mag een voorschot gaan nemen op zijn eerste TD, die onder leiding staat van de onvolprezen lokale held DJ Chris XXL. Alsof dat niet genoeg is, komt ook nog tafelgoochelaar en illusionist Dave van Gulik langs.

Het hoort allemaal bij het avontuur dat Lane is aangegaan. Zijn sportieve droom komt uit in Eindhoven. Bij de club die hij als tiener in zijn hart sloot.


Wat vind jij? Praat mee...