Hockeyen in Japan: ‘Gedrevenheid van Japanners is indrukwekkend’

In de serie ‘Buitenlands avontuur’ verhalen van Nederlandse hockeyers die over de grenzen hebben gespeeld, deze week Lieve van den Hurk (22). Zij speelde voor Keio University en Yamanashi Gakuin Crowning Glories in Japan.

‘Ik kan wel drie dagen vertellen. Ik raak niet uitgepraat over Japan’, zegt Van den Hurk halverwege het interview. De speelster van promotieklasser Rotterdam vertoefde in de periode tussen augustus 2018 en januari 2019 voor haar studie Econometrie in het land van de rijzende zon.

‘Japan is een heel prettig land om te wonen. Het is schoon en het is ontzettend goed georganiseerd. Het is anders, maar ook heel leuk. Het is een modern land, maar ook heel traditioneel. Het is voor mijn gevoel net iets Europeser dan de andere Aziatische landen. Je hebt de zee, er zijn bergen en sommige delen van het land zijn tropisch. Je hebt eigenlijk alles in één land.’

Keio University viert een overwinning met het eten van okonomiyaki, een hartige pannenkoek. Foto: Lieve van den Hurk

Keio University

Als derdejaars studente aan de Erasmus Universiteit kwam Van den Hurk via een uitwisseling bij Keio University in Tokio terecht, een van de meest prestigieuze universiteiten van Japan met ruim 33.000 studenten. Onder meer de huidige CEO van autofabrikant Toyota, Akio Toyada, en de voormalige premiers van het land, Junichiro Koizumi (2001-2006) en Ryutaro Hashimoto (1996-1998) studeerden ooit aan de in 1858 opgerichte Keio University.

Van den Hurk wilde naast studeren ook hockeyen in Japan. ‘Bij terugkomst in Nederland wilde ik weer aansluiten bij Rotterdam.’ Met hulp van Siegfried Aikman, de huidige bondscoach van de Japanse heren, kwam Van den Hurk in contact met Hiroya Anzai, alumni van Keio University en werkzaam voor de Japanse hockeybond. Hij introduceerde haar bij het universiteitsteam.

Wennen

‘Meneer Anzai kende de meiden, stelde mij voor aan het team en legde uit wat ik kwam doen. Zonder hem was het ook niet zo makkelijk gegaan. Je kan niet zo maar aanlopen en zeggen: ik kom hier hockeyen’, legt Van den Hurk uit.

Teamfoto Keio University. Lieve van den Hurk zittend tweede rij, derde van links. Foto: Lieve van den Hurk

Van den Hurk moest wennen. ‘Ze hadden nog nooit een Westerse speelster in het team gehad. Met mijn 1.74 meter ben ik in Nederland redelijk gemiddeld in lengte, maar in Japan zijn de vrouwen best wel klein. Ze moeten hebben gedacht: wat komt er nu voor een reus aan? In Nederland speel ik in een shirt maat S, maar in Japan had ik XL en dat was nog aan de krappe kant.’

Communicatie

Het verschil in lengte was niet een onoverkomelijk probleem, de communicatie tussen Van den Hurk en haar teamgenoten lag een stuk ingewikkelder. De taal vormde misschien wel het grootste struikelblok tijdens haar verblijf. ‘Heel weinig meiden spraken Engels. Dat was wel lastig. Na een wedstrijd hield de coach een bespreking. Hij sprak een uur en een kwartier en alles was in het Japans’, zegt Van den Hurk.

Om die lastige hindernis te nemen volgde ze naast haar studie op de universiteit acht uur in de week Japanse les. ‘Ik vond van mezelf dat ik Japans moest leren, om te begrijpen wat er gebeurde. Hierdoor kon ik in de supermarkt vragen stellen en een simpel gesprek voeren. Voor andersoortige gesprekken had ik wel Google Translate nodig.’

Uit eten met een teamgenoot. Foto: Lieve van den Hurk

Contacten

‘In Nederland zijn we directer en losser in de contacten, ik ook, maar in Japan ga je beleefd met iedereen om. De omgang met elkaar is anders. Toen we een keer in een wedstrijd een corner tegen kregen, wat echt geen corner was, zei ik er iets van tegen de scheidsrechter. Je had mijn teamgenoten moeten zien kijken: wat doet ze nu?’

Van den Hurk keek haar ogen uit tijdens de trainingen. ‘Japanners werken hard en zijn enorm gedreven. Dat vond ik indrukwekkend. Voor de training gingen we eerst een kwartier stretchen. Ik ben er enorm lening van geworden. Bij het inlopen liepen we steeds in een rijtje achter elkaar en werd er af en toe de yell van de universiteit geroepen.’

Trainingen

Er werd veel en lang getraind: vijf keer per week, drie uur per training. Opvallend was dat er niet altijd een trainer aanwezig was. Zelfgedisciplineerd werkte het team de van tevoren uitgeschreven trainingen af. ‘Iedere oefening werd getimed, zodat het ook precies vijftien minuten duurde. Daarna bespraken we hoe de oefening was gegaan. Ze zijn heel zelf-analyserend bezig. De trainingen werden gefilmd en die kon je dan in je vrije tijd terugkijken.’

Rechts Mayumi Ono, teamgenoot bij Yamanashi Gakuin Crowning Glories. Foto: Lieve van den Hurk

Op een van die trainingen maakte Van den Hurk kennis met Mayumi Ono, een van de trainsters van het universiteitsteam. De Japanse international met ruim tweehonderd interlands achter haar naam speelde zelf voor Yamanashi Gakuin Crowning Glories in de Hockey Japan League, een landelijke competitie tussen bedrijven en universiteitsteams. Van den Hurk zei ja, toen Ono haar vroeg of ze mee wilde doen met haar team.

Reizen

‘Vier weekenden ben ik op en neer gereisd. Het was zo’n drie uur met de trein vanaf Tokio, in de buurt van Mount Fuji’, zegt Van den Hurk, die die dagen in een dorm bij teamgenoten verbleef. ‘Slapen bij Japanners thuis is niet een gewoonte. Ook als je met iemand gaat eten, ga je uit eten en eet je niet bij iemand thuis zoals in Nederland. Tijdens het eten zat je op de grond aan een lage tafel. In de ochtend aten we rijst met vis en ’s avonds soep en rijst. Ik heb die dagen ook veel Japanse tv gekeken.’

Uiteindelijk speelde Van den Hurk een wedstrijd voor Yamanashi. Het bleek een duel tijdens het finaleweekend van de competitie te zijn, die in Tokio werd gespeeld. Het bedrijfsteam van Coca Cola werd verslagen, waardoor Yamanashi als derde eindigde in de Hockey Japan League.

Lieve van den Hurk met rugnummer 30 in de line-up van het team van Keio University. Foto: Lieve van den Hurk

Niveau

Het niveau in die competitie lag hoger dan Van den Hurk gewend was met het team van Keio University. Haar universiteitsteam haalt volgens haar het spelpeil van Rotterdam niet, maar dat is ook niet zo verwonderlijk legt ze uit: ‘In Japan hebben ze geen clubs zoals wij die kennen in Nederland. Hockey in Japan is gelinkt aan de universiteiten en high schools. Sommige meiden hockeyen pas twee jaar en ik speel het al sinds mijn zesde. Na de universiteit stoppen de meesten weer met hockey omdat ze gaan werken. De echt goede hockeyers gaan spelen voor bedrijfsteams.’

Na een dikke vijf maanden zat het Japanse avontuur er voor Van den Hurk op. Terug in Nederland was het toch wel even wennen. ‘Ik vond het koud’, lacht Van den Hurk. ‘Ik had een maand geen regen gezien, maar toen op Schiphol landde regende het. Het was ook wel weer fijn om thuis te zijn. Er stonden tentamens gepland en begon al snel weer met trainen bij Rotterdam. Als ik kan, ga ik weer terug naar Japan om naar mijn Japanse vriendinnen te gaan.’

Lees ook:


1 Reactie

  1. rancoburgzorg

    Heerlijk verslag en ook geweldig dat ze niet in die befaamde (en doodenge) anglo-bubbel is gebleven, maar de moeite heeft gedaan haar horizon echt te verbreden door de taal te leren. Toont karakter en ambitie!


Wat vind jij? Praat mee...