Floris Wortelboer vond wake-up call van Caldas wel terecht
Wat doe je als je zoals Floris Wortelboer (23) vaak nonchalant overkomt, maar dat niet altijd bent? Dan probeer je dat beeld bij te stellen. Ook al is hij een gezelligheidsdier. De verdediger geeft toe dat het gemiste EK een wake-up call was die hij kon gebruiken, in dit cruciale jaar.
Het is in Bhubaneswar tijd voor het interview met Floris Wortelboer, maar hij is kwijt. De vleugelverdediger is niet bij het zwembad, waar veel internationals even ontspannen na de ochtendtraining. Nee, Wortelboer schijnt in bed te liggen. Hem wakker maken is not done, verzekert de begeleiding van Oranje. Want een rustende Wortelboer is precies wat ze nou eens willen zien.
‘Wortel’ is een sfeermaker binnen de groep. Een verbinder, een GVR, naar het boek van Roald Dahl. Een ‘Grote Vriendelijke Reus’ met een open gezicht dat makkelijk lacht. ‘Een grootheid’ binnen de selectie, zoals hij eerder werd genoemd in Valencia. Het leek hem de afgelopen jaren allemaal aan te komen waaien. Bondscoach Max Caldas wees hem hard op zijn tekortkomingen, door hem te passeren voor het EK. Hij oogde niet alleen nonchalant.
Hij was dat soms ook.
Caldas vertelde dat de manier waarop Wortelboer zijn vijftig interlands had bereikt, hem niet per se volgende vijftig zou bezorgen. De boomlange verdediger kan nu niet anders beamen dat hij het deels eens was met de constateringen van zijn coach. De houding buiten het hockey en zijn manier van verdedigen zijn de voornaamste pijnpunten. Ronduit lastig is de laatste taak: de beeldvorming aanpassen. Het beeld van een nonchalante tophockeyer. Want dat is hij niet meer, wil hij benadrukken.
‘Ik ben niet dankbaar voor het afvallen voor het EK. Maar als ik er nu op terugkijk, was het misschien wel het juiste moment om te doen. Het was goed om dingen anders aan te pakken. Op deze manier is het tot me doorgedrongen. Ik ben met beide benen op de grond gezet’, bekent de vleugelverdediger.
Dus wat doet Wortelboer tegenwoordig, op een donderdagmiddag in India, in het spelershotel? Rusten, zodat hij zijn energie kan bewaren voor zijn powergame op het hockeyveld. ‘Veel dingen waar Max over praatte gingen over vierentwintig uur per dag hockeyprof zijn. Over trips met Oranje en de voorbereiding op die trips. Daar had hij zeker een punt.’
Het zijn de kleine dingen die het verschil maken. Om acht uur ’s ochtends opstaan en daarna naar de fitness, is beter dan de dag beginnen met een potje FIFA op de spelcomputer. Bewust omgaan met zijn lichaam en de dagindeling, dat is wat de vleugelverdediger in 2020 heeft geleerd.
Normaal zou Wortelboer in India graag voetballen met zijn teamgenoten, in de volle zon, zegt hij. Hij is iemand die als vanzelf de mensen opzoekt. Een magneet voor gezelligheid. Daarom is hij geliefd bij Oranje. Nu moet hij zich afvragen of wat hij doet, bijdraagt aan het grotere plaatje. Wortelboer zit in de fase dat hij de volgende stap moet maken. Naar een volwassen kracht waar zijn teamgenoten op kunnen bouwen, zonder zijn eigenheid te verliezen. Het is een proces van vallen en opstaan, voor iemand die dat misschien niet gewend is.
Een TGV langs de lijn
Hij heeft de goede mensen om zich heen verzameld. In Amsterdam belt aanvoerder Billy Bakker hem op, om met hem te gaan rennen. Wortelboer is er blij mee en is zelf aan de slag gegaan: ‘Het lopen heb ik nu superstrak ingericht. De krachttraining ook. Ik merk dat ik er profijt van heb. Het zijn de kleine dingen die allemaal bijdragen aan het totaalplaatje. Zodat ik ook dat powerhockey kan spelen, wat ik kán spelen. Dat wil ik ook uitstralen. Dat gaat nu goed. Ik merk dat ik weer in mijn kracht speel. Ik ben terug op mijn oude niveau, in een andere soort versie van mezelf.’
Die andere versie van Wortelboer is ook een versie die van verdedigen een prioriteit heeft gemaakt. Want ook daar was kritiek op. Wie aan Floris Wortelboer denkt, ziet een opstomende rechtsachter voor zich, met een geweldige scoop in de polsen. Een TGV langs de zijlijn, die aan de bal voldoet aan alle eisen van het moderne hockey. Toch blijkt er een keerzijde aan die denderende locomotief met glimlach.
Bij Bloemendaal staat Wortelboer op het middenveld. In het Nederlands elftal staat hij opgesteld als vleugelverdediger. Daar laat hij volgens bondscoach Caldas defensief te veel liggen. Dat hij kwaliteiten aan de bal heeft ziet iedereen. Maar hij moet werken aan zijn kwaliteiten als hij de bal niet heeft.
‘Max heeft een punt. Ik ben geen pure verdediger. Ik moet beter worden in 1-tegen-1 duels. Daar word ik als verdediger op afgerekend’, zegt Wortelboer zelfkritisch. ‘Ik ben daar bewuster mee bezig, maar ik ben er nog lang niet. Dat gebeurt ook niet in één training. Ik probeer de man voor me te houden. Niet in te stappen. Ik kan dat ook, maar misschien was ik te nonchalant of kwam dat zo over op anderen.’
Wortelboer probeert nu voor het team betrouwbaar te zijn als hij de bal niet heeft. ‘Natuurlijk zal ik nooit een snoeiharde mandekker worden. Als iedereen weet dat ze verdedigend op me kunnen bouwen, kan ik aanvallend mijn steentje bijdragen. Ik ben nu bewuster met mijn spel bezig’, legt Wortelboer uit. ‘Als ik de bal niet heb, ben ik simpeler aan het spelen. Dat is mijn ontwikkelingspunt. Ik zie het als een uitdaging, die mij een completere speler maakt. Gelukkig is het makkelijker is om je spel zonder bal te verbeteren, dan mét bal.’
Voor het zondagskind dat in 2017 ogenschijnlijk zo makkelijk Oranje binnen denderde, geliefd werd en daarna veel indruk maakte met zijn spel en zijn persoonlijkheid, is er genoeg te verbeteren. Hij heeft de handschoen aangenomen van de bondscoach, zodat hij op weg kan naar de volgende vijftig interlands, als wervelwind langs de zijlijn.
Tegen beeldvorming is het lastig vechten
Als Wortelboer videobeelden van zichzelf ziet, begrijpt hij dat anderen hem nonchalant vinden. Nu is het voor Wortelboer tijd om te kijken wanneer zo’n houding daadwerkelijk nonchalant gedrag betekent. Hij moet vechten tegen beeldvorming, tegen spoken, zonder zijn eigenheid te verliezen. Het is een moeilijke balans.
‘Ik ben een verbindende en losse persoonlijkheid. Dat is mijn kracht. Daar voel ik me fijn bij. Dan presteer ik ook het beste. Ik moet niet tegen mijn natuurlijke houding in opeens heel anders gaan doen. Dat is nu even zoeken voor me. Ik moet voor mezelf ergens een lijn trekken. Al geef ik alles dat ik in me heb, dan kan ik me voorstellen dat wat ik doe soms nonchalant overkomt. Dat is niet wat ik wil uitstralen.’
‘Billy weet precies wanneer hij wél serieus moet zijn’
De begeleiding van Oranje helpt de verdediger in zijn zoektocht naar de perfecte balans. Het is een kunst die aanvoerder Billy Bakker beter beheerst. Dus helpt Bakker Wortelboer. ‘Billy zegt soms: nu even niet Wortel. Ik heb er met Billy veel contact over. Ook de staf is heel open naar mij. Ik probeer ook mezelf te blijven. Ik heb er alle vertrouwen in dat het goedkomt.’
Met voorbeelden als Bakker kan de goedlachse verdediger het beste uit zichzelf halen. ‘Billy is vaak als persoon wat losser dan anderen, net als ik. Maar Billy weet precies wanneer hij wél serieus moet zijn. Dat is cruciaal.’
Zaterdag slaat Oranje om 14:30 Nederlandse tijd het tweede seizoen van de Pro League af tegen India. Zondag volgt de tweede wedstrijd om 12:30. De wedstrijden zijn te volgen via Ziggo Sport en het liveblog van hockey.nl.
Lees ook:
- Opening Pro League Oranje Heren tegen India live op Ziggo Sport
- Caldas en Reid verwachten spektakel in clashes India-Nederland
- Foto’s: Oranje Heren aangekomen in Bhubaneswar voor kraker tegen India
- Langverwachte rentree Thijs van Dam in India met dubbel gevoel
5 Reacties
PeterMontijn
Van deze Wortels kan je er niet genoeg hebben staan in Oranje
kasparstevens
Wie weet met welke lengte stick hij speelt? Bij heel NL zou je toch inches meer verwachten dan bij de India spelers.
Eelko Wester
Hallo Kasper, Misschien kun je iets met dit artikel: https://hockey.nl/nieuws/oranje/bijna-alle-tophockeyers-spelen-met-een-verlengde-stick/
ericst29
Niets ten nadele van deze vent, maar laat de achilleshiel van Oranje nou juist `achterin` liggen. Als iemand van zichzelf al zegt: "Natuurlijk zal ik nooit een snoeiharde mandekker worden", dan kan je je toch afvragen of juist de verdediging van Oranje niet gebaat zou zijn bij wat minder flegmatieke spelers die wel verdedigend tot het gaatje kunnen gaan. Ik zou opteren dan voor een minder gezellige `verbinder en gangmaker` op die positie die wel over lijken gaat.
Derrick Bijker
Precies dat! En niet alleen bij de heren.......We hebben te veel van hetzelfde en missen de echte vechters die de tegenstanders opvreten en over lijken gaan.