Fleur van de Kieft: ‘Coaches worden veel te snel ontslagen’

In de serie ‘Aan de kant gezet’ blikken coaches terug op hun ontslag of hun contractopzegging door hun club. Deze aflevering tweevoudig olympiër Fleur van de Kieft (49), die een jaar geleden middenin het seizoen werd ontslagen door Kampong. Zij richt zich rechtstreeks tot alle Hoofdklasseclubs en roept hen op om coaches minder snel te ontslaan.

Op vrijdag 28 oktober 2022 maakte Kampong wereldkundig dat het na een reeks tegenvallende resultaten afscheid nam van vrouwencoach Van de Kieft. Al snel stroomde haar telefoon vol met meelevende en lieve berichtjes. Onder meer van collega-coaches uit de Tulp Hoofdklassen.

‘Elke coach appte woorden van gelijke strekking. Ik heb dit ook eens meegemaakt. Dit overkomt elke trainer, één of twee keer in zijn of haar carrière. Blijkbaar hoort het erbij. Ik vind dat heel treurig.’

Van de Kieft (137 interlands, 44 doelpunten) heeft weken getwijfeld of ze dit interview wilde geven. Sinds haar ontslag een jaar geleden hield ze haar kaken stijf op elkaar. Ze is te volwassen en te professioneel om na te trappen naar Kampong. Ze wil ook geen zielig verhaal over zichzelf afsteken. Maar ergens in de afgelopen weken is er toch een zaadje in haar hoofd geplant voor het geven van een interview. ‘Ik vind dat coaches tegenwoordig veel te snel worden ontslagen. Het is respectloos en het levert zelden iets op. En het zorgt ervoor dat speelsters niet naar zichzelf kijken, maar minder goede prestaties afschuiven op een coach. Dat baart mij zorgen. Ik vind het belangrijk dat er aandacht komt voor deze trend. Dat is de reden dat ik dit interview geef.’

Fleur van de Kieft is teleurgesteld na puntverlies met Kampong. Foto: Bart Scheulderman

Geduld en loyaliteit zijn in dit kleine wereldje blijkbaar ver te zoeken Fleur van de Kieft

Het afgelopen seizoen was Van de Kieft zeker niet de enige coach in de Tulp Hoofdklasse Dames die vroegtijdig de laan werd uitgestuurd. Een maand na haar was het Robbert-Jan de Vos bij HGC die het veld moest ruimen. In het zicht van de haven sneuvelde vervolgens ook Dave Smolenaars bij Bloemendaal, vlak voor het begin van de play-outs.

Drie coaches die worden ontslagen in een competitie van twaalf teams. Dat is een percentage van maar liefst 25 procent. ‘Geduld en loyaliteit zijn in dit kleine wereldje blijkbaar ver te zoeken’, verzucht Van de Kieft. ‘Bovendien’, vraagt ze zich af, ‘wat zegt dit over hoe clubs te werk gaan bij de aanstelling van een coach?’

Eén van de aanleidingen voor dit hoge percentage is volgens haar dat veel clubs in de Tulp Hoofdklasse Dames te hoge verwachtingen hebben. ‘HDM, HGC, Hurley, Pinoké en stiekem ook Kampong streefden afgelopen seizoen allemaal deelname aan de play-offs na’, zegt Van de Kieft. ‘Zelfs Bloemendaal wilde het liefst voor de top vier gaan. De top drie lag met Amsterdam, Den Bosch en SCHC al vast. Zes clubs streden dus om één play-offticket. Hoe reëel is het dan om te verwachten dat je het haalt? En is het ontslaan van de coach dan echt de juiste oplossing als het niet direct lukt?’

Fleur van de Kieft was manager van van Jong Oranje op het WK-21 in Mönchengladbach. Foto Koen Suyk

Te hoge verwachtingen

Als voorbeeld noemt ze HGC en Bloemendaal. Deze clubs trokken vorig seizoen de portemonnee en investeerden in de komst van Nederlandse en buitenlandse internationals, maar eindigden de competitie respectievelijk als zevende en tiende. ‘De clubs wilden resultaat zien. Maar je kunt niet verwachten dat je van de een op de andere dag een stap omhoog zet. Zoiets heeft tijd nodig’, vindt Van de Kieft.

‘Naar mijn mening is het heel opportunistisch om een coach bij tegenvallende resultaten meteen te ontslaan. Het bouwen van een team dat meedoet om de play-offs en dus de strijd om de landstitel, is een proces van lange adem. Kijk bijvoorbeeld naar SCHC. Daarbij zou in mijn optiek alle aandacht moeten gaan naar dat proces. Als het proces goed is, komen de resultaten vanzelf.’

Ik hoor de laatste tijd geluiden van andere, goede en bekende coaches dat zij ook helemaal klaar zijn met de gang van zaken in de hockeywereld. En op het punt staan iets anders te gaan doen. Fleur van de Kieft

Van de Kieft constateert dat veel clubs bij tegenvallende resultaten geen rugdekking geven. ‘Ik heb het gevoel dat een coach tegenwoordig het veld al moet ruimen wanneer het even tegenzit. Maar het kan niet altijd alleen maar goed gaan. Zo werkt het leven niet. Ik ben een vechter, dat is ook hoe ik als speler topsport heb bedreven. Maar dat harde werken, dat doorzettingsvermogen, dat mis ik nu. Als het even tegenzit, vind ik je dat daar met elkaar uit moet komen. Zet als bestuur, staf en spelersgroep de schouders eronder. Naar mijn mening wordt nu te vaak de handdoek geworpen. En is de coach de dupe.’

Ze staat niet alleen, beweert ze. ‘Ik hoor de laatste tijd geluiden van andere, goede en bekende coaches dat zij ook helemaal klaar zijn met de gang van zaken in de hockeywereld. En op het punt staan iets anders te gaan doen. Daarmee zou veel talent verloren gaan. Is dat wat we willen?’

Fleur van de Kieft aan het werk als coach van Kampong. Foto: Bart Scheulderman

HDM het voorbeeld voor Van de Kieft hoe het wél moet

Van de Kieft beseft dat er niet snel iets zal veranderen. Er zullen altijd ambitieuze clubs zijn die bij tegenvallende resultaten rigoureus ingrijpen. Maar ze heeft de hoop nog niet opgegeven. HDM is voor haar een schoolvoorbeeld van hoe het wél moet. Na twee seizoenen op rij de play-offs te hebben gehaald, eindigde de club uit Den Haag vorig jaar teleurstellend als negende. Coach Ivar Knötschke kreeg rugdekking en mocht het hele seizoen aanblijven. Ook dit jaar staat hij voor de groep.

‘Ik doe een dringend beroep op clubs om hun coach minder snel te ontslaan’, zegt Van de Kieft. ‘Zijn er écht zwaarwegende redenen om niet met elkaar door te gaan? Lukt het écht niet om het seizoen met elkaar af te maken? Is het voor de speelsters en het proces écht beter als er een nieuwe coach komt? Ik hoop dat er binnen de commissies tophockey een discussie op gang komt. En dat er zodoende iets verandert.’

Ik doe een dringend beroep op clubs om hun coach minder snel te ontslaan Fleur van de Kieft

Sinds haar ontslag bij Kampong richt Van de Kieft zich weer volledig op haar eigen bedrijf. Ze begeleidt individuen en teams die op het hoogste niveau presteren in zowel sport als in het bedrijfsleven. Van de Kieft was onder meer mentaal begeleider bij voetbalclub Almere City. Ze werkte onder de vleugels van coaches Gert-Jan Verbeek en Alex Pastoor. ‘Het was een goede ervaring. Echt heel erg interessant en leerzaam om in de keuken te kijken bij een Betaald Voetbal Organisatie. Ik denk dat deze rol mij misschien nog wel beter ligt dan die van hockeycoach. Want daarin kan ik mij volledig richten op en bezighouden met het proces.’

Terugkeren als hoofdcoach in het hockey is op dit moment geen optie voor haar. Ze geeft de voorkeur aan haar werkzaamheden voor haar eigen bedrijf. ‘Het feit dat coaches steeds sneller worden ontslagen, speelt daar ook een rol in. Ik laat me niet snel meer lenen voor de trend waar ik me zorgen om maak. Ik zeg niet dat ik nooit meer coach in het hockey word. Maar op dit moment heb ik die behoefte even niet.’


6 Reacties

  1. bartherklots

    Uitzondering daar gelaten, trainers vooral hebben te maken met opportunistische bestuursleden. Ik ben bang dat dit niet zal veranderen, omdat 90 tot 97% van de leden zich niet bezighoudt met de perikelen in het tophockey van de club. Zij willen een leuke pot hockey zien c.q. spelen.

  2. Runa Honig

    Ik zie dit meer als een breed maatschappelijk probleem. We kunnen niet meer leven met de gedachte dat iets even niet lekker loopt. We willen het meteen fixen en dus in actie komen. Er is veel ongeduld. In de dynamiek van clubs in topsport speelt daarnaast vaak mee dat het bestuur eigen falen kan verhullen door de oorzaken van een probleem elders te leggen, bij de coach dus. Dan haal je lekker de aandacht bij jezelf als bestuur weg. Sterker nog, je wekt de indruk van daadkracht door de coach te ontslaan.

    1. bastiaan-van-veelen

      Beste reactie op een post op hockey.nl die ik in tijden heb gezien. wat een mooie analyse

    2. SanderVerkeij

      Op topniveau zal dit zeker plaatsvinden. Maar ook het horen van de spelers, het team zelf, heeft vaak gevolgen voor de trainer en coach. Zien zij het niet meer zitten, dan maakt het bestuur een beslissing. Terecht of onterecht. Ook moeten we ons bewust zijn van het niveau van onze trainer en coaches. Met alle respect voor de KNHB, en clubs die er waarde aan hechten, maar wat zegt een HT4 diploma bijvoorbeeld? Ben je dan een teambuilder? Ben je dan een specialist hockey?

  3. robdux

    Fleur heeft gelijk. Het gebeurt niet alleen in de hoofdklasse. Vaak zijn het de mensen die betalen, die ook bepalen. Soms heeft het niet eens met de resultaten te maken, maar met eigenbelang. Dan worden de grootste drog redenen aan gewend om een coach eruit te werken. Veel bestuurders weten ook niet hoe ze moeten besturen. Een cursus volgen voordat je erin stapt zou dan niet onwenselijk zijn.

  4. hermanveen

    Natuurlijk vervelend voor de coaches die het betreft, maar dit gebeurt nu eenmaal in de echte wereld. Het valt mij op dat veel van de snel ontslagen coaches, (voormalig) (assistent) bondscoaches van nationale jeugdselecties betreffen, en daarom wellicht te verklaren. Er is nogal een groot verschil om een coach van een nationale jeugdselectie te zijn of coach van het vaandelteam bij een hoofdklasse club (of promotie- of overgangsklasse). De karakteristieken en de zichtbaarheid zijn anders. Bij de clubs in de nationale hockeycompetitie is alles enorm zichtbaar (live of via tv/media) en moet er iedere week gepresteerd worden. Non performers vallen hier eerder op voor de buitenwereld en dan wordt er ook eerder ingegrepen. Bij de nationale jeugdselecties is dit anders. Dit is veel meer een ons-kent-ons wereld (zeer afgeschermd, nagenoeg geen doorselectie en daardoor nauwelijks nieuwe instroom). Twee keer per jaar wordt er dan een toernooi gespeeld, en de prestaties (van individuen) zijn nagenoeg onzichtbaar op tv/media. Dit verklaart ook de teleurstellende prestaties van de nationale jeugdteams van de laatste jaren. Er zitten simpelweg teveel non performers in deze nationale jeugdselecties (en niemand die ingrijpt), die later ook door stromen naar de Hoofdklasse, vaak gehaald door een voormalig bondscoach. Bij de dames lenen clubs als Kampong, HGC en Bloemendaal zich hier met name voor, en als de resultaten dan achterblijven bij de verwachtingen dan wordt er ingegrepen. Deze clubs zouden eens wat kritischer moeten kijken naar het daadwerkelijke niveau van zowel coach als speelsters en niet alleen kijken naar het “NL/international” keurmerk, onder het mom van dat het dan wel goed zal zijn.


Wat vind jij? Praat mee...