Pinoké hoopt eindelijk af te rekenen met de Pinoké-vloek

‘Trainen, eten, wegwezen. Dat willen we dus niet meer’, zegt coach Hans Oostindie van promovendus Pinoké. De doorloop bij De Steekneuzen was altijd heel groot, maar daar moet de club vanaf. ‘Alleen maar consumeren, dat gaat hier niet meer. Je moet de club wat brengen.’

In de kelder van het clubhuis, tegenover de wc’s in de gangen van de kleedkamers, vertellen Hans Oostindie en Daan Sabel na de dubbeltraining in het bespreekhok, uitgebreid over hun visie op het komende seizoen. Vorig jaar degradeerde Pinoke Dames 1 na twaalf seizoenen in de Hoofdklasse. Al na een seizoen wisten de hockeysters onder leiding van het succesvolle duo knap terug te keren in de hoogste divisie.

Met een groene stift tekent hoofdcoach Oostindie wat rondjes op de witte tafel waar de begeleiding aan zit. De rondjes moeten zijn speelsters voorstellen. Om vier rondjes in het midden zet hij een dikke cirkel. Hij zegt: ‘Onze as. Die moet dit seizoen zó sterk zijn, dat alle talenten er omheen fouten mogen maken en kunnen groeien.’

Met keepster en aanvoerder Kiki Gunneman, routinier Dana Luijkx, Anouk Lambers (van Amsterdam), de buitenlandse versterkingen Gabi Nance (Australië), Samantha Charlton (Nieuw-Zeeland) en Anna O’Flanagan (Ierland, haalde de finale van het WK) moet het met dat sterke centrum in Amstelveen wel goedkomen.

Assistent Daan Sabel in actie op de training. Foto: Koen Suyk

Oostindie is de door de wol geverfde veteraan, die na veel buitenlandse avonturen als tenniscoach, waaronder in Maleisië en Australië, nu zijn thuisbasis heeft in Abcoude, waar hij met zijn vrouw en twee dochters woont. Sinds 2003 werkt hij fulltime in het hockey. Hij wist precies wat hij nodig had voor dit team. Waar Pinoké in het verleden weleens versterking kreeg van exotische Chinese en Argentijnse hockeysters, wilde hij maar een ding voor de Hoofdklasse: Angelsaksische versterkingen. ‘Meiden die de mouwen opstropen. Dáár hebben we behoefte aan.’

De oefenmeester krijgt zijn zin met de versterkingen uit de Commonwealth landen. Waar het geld vandaan komt? ‘Een sponsor heeft een geweldig financieel gebaar gemaakt, met een visie voor de komende vijf jaar. En Robert Buma, bestuurslid tophockey, heeft er echt zijn schouders onder gezet. Net als technisch directeur Nanco Jansonius. Zo waren we heel erg op zoek naar een middenvelder met veel hoofdklasse-ervaring. Is Anouk Lambers wat voor jullie, vroeg Buma. Nou zeker, na een paar trainingen kunnen we wel zeggen dat ze een goede aanwinst is.’ Bij Pinoké erkennen ze nu ook dat het vrouwenteam er qua investeringen en aandacht vanuit de club er karig afkwam, vergeleken met de mannen.

Nieuwe hockeyballen voor Pinoké bij aanvang van het seizoen. Foto: Koen Suyk

Geen draaideurteam voor gelukszoekers

Toen Oostindie en Daan Sabel vorig jaar aan de klus begonnen om iets op te bouwen, was het de bedoeling om op de lange termijn duurzaam Hoofdklasse te spelen. Gebruik maken van eigen jeugd en niet fungeren als draaideurteam voor gelukszoekers. Oftewel, de Pinoké-vloek: Tien speelsters erin en tien eruit was lang de manier waarop er Hoofdklasse werd gespeeld bij Pinoké. De club werd vaak het eindstation van een hockeycarrière, ‘om het wat rustiger aan te doen’, wat resulteerde in niet topfitte teams die ook weinig herkenbaarheid opleverden bij het publiek.

Dat willen ze niet meer. Consumeren is voorbij, er moet geïnvesteerd worden in de club. Daarom zijn er steeds meer hockeysters die jeugdteams trainen. Kari Stam doet Meisjes B2. Frédérique Malefason Jongens B4. Malou Mol geeft looptraining aan de jeugd. Elke week gaf iemand anders uit Dames 1 training aan Meisjes C2. Het is de bedoeling dat dit vaker gaat gebeuren, om de club te helpen voor meer binding te zorgen.

Hans Oostindie spreekt zijn hockeysters toe op de donderdagtraining. Foto: Koen Suyk

Niet eens het doel om direct terug te keren in de Hoofdklasse

Dat bedoelt het duo met duurzaam en structureel Hoofdklasse spelen, met een team dat herkenbaar is. Om ervoor te zorgen dat deze ambitie ook werkelijkheid wordt, werd er afgelopen seizoen al in de Overgangsklasse op hoofdklasseniveau getraind, vertellen de twee trainers in koor. Assistent Sabel: ‘We trainden afgelopen jaar vier keer. Daar kwam twee keer video en twee keer krachttraining bij. Het was niet eens per se de bedoeling om meteen al terug te keren in de Hoofdklasse. Maar we stonden in de winterstop al meteen bovenaan.’

Met negentien winstpartijen, twee gelijke spelen en één nederlaag was Pinoké duidelijk te goed voor de Overgangsklasse. Na het reguliere seizoen bonden de Steekneuzen de kampioen van de andere Overgangsklasse, Rotterdam, ook aan de zegekar.

Die overtuigende en directe terugkeer van Pinoké naar het hoogste niveau zegt iets over de kwaliteit van het team en de energie die er in het seizoen Overgangsklasse is gestopt. En eindelijk gebeurt het met veel eigen jeugd. Josephine Murray (17), Stella van Gils (18), Jet Zwolsman (20), Malou Mol (19), Anouk Stam (19) en Kari Stam (19) zijn allemaal eigen kweek, vanaf de mini’s, somt Oostindie trots op.

Coach en speelsters op de donderdagtraining. Foto: Koen Suyk

Hoe reageert het team na een aantal nederlagen in de Hoofdklasse?

Wie donderdag de eindpartij zag op de training in het Amsterdamse Bos, zag een jong en fit team dat aan de ene kant op het veld werd aangejaagd door de lange en fanatieke Daan Sabel – grappig genoeg ook technisch manager jeugd bij de roemruchte buren van Amsterdam. Aan de andere kant van het veld de rustige grijsaard Oostindie die afrondingsoefeningen doet in de cirkel. Na het partijtje nog een serie lange sprints van de achterlijn tot de verre 23-meterlijn.

Zo’n trainingspotje – nog zonder de buitenlandse WK-internationals, die 20 augustus instromen – geeft een kleine indicatie van het niveau van komend seizoen. Dat zag er heel behoorlijk uit, zeker voor een promovendus. In balbezit overtuigend en met een hoog tempo. De coaches vinden vooral dat het verdedigend nog beter moet. Het team speelt nu met het zelfvertrouwen van de negentien winstpartijen van de Overgangsklasse in het achterhoofd. Oostindie en Sabel vragen zich hardop af, hoe het team reageert als er wat nederlagen volgen in de Hoofdklasse. Door de buitenlandse versterkingen en de komst van onder anderen Lambers is het team al fors versterkt, het lijkt genoeg om als promovendus niet meteen vanaf de eerste speeldag onderin de Hoofdklasse te bungelen.

Rechts Daphne van der Vaart, links keepster Kiki Gunneman, vorig jaar aanvoerster. Foto: Koen Suyk

‘In de voorbereiding wil iedereen kampioen worden’

Wat de verwachting is van dit seizoen is moeilijk uit te drukken in een positie. Sabel zegt met een knipoog: ‘In de voorbereiding wil iedereen kampioen worden.’

Maar Oostindie maakt duidelijk dat er wel wat van Pinoké verwacht mag worden. Promovendus of niet. Dit team traint al een jaar als een hoofdklasser. ‘Ik heb gewoon het idee dat we heel goed gaan worden. Ik heb hoge verwachtingen van dit seizoen. Ik zie dat die meiden gewoon graag met elkaar zijn en beter willen worden.’

Transfers Pinoké 2018/2019