Waarom de dames van De Kieviten vijftig jaar geleden kampioen werden

Al vijftig jaar hangt in het clubhuis van De Kieviten in Wassenaar een zwart-witfoto. Op die foto staan twaalf dames: zes staand, vijf geknield ervoor en met daarvoor zittend de keepster. Opvallend detail: vijf speelsters hebben het clubembleem op het shirt. Een van hen rechts, de anderen links op het shirt. Boven de hoofden van de speelsters staat de tekst: Dames 1 Landskampioen 1973.

In de eerste helft van de jaren zeventig van de vorige eeuw is Amsterdam de absolute grootmacht in het dameshockey. Tussen 1971 en 1976 behaalt de club vijf kampioenschappen. De reeks wordt in 1973 onderbroken door De Kieviten. Het is de eerste en vooralsnog de laatste landstitel van de Wassenaarse club.

‘Het doel was niet degraderen en handhaven in de Westelijke Eerste Klasse. We begonnen het seizoen dan ook onbevangen en zonder enige druk. Langzaamaan groeiden we in ons nieuwe team en raakten we steeds meer op elkaar ingespeeld.’

Herinneringen

Aan het woord is Adelheid van Westenbrugge-van der Drift. Zittend aan de ronde tafel in haar woning in Wassenaar haalt ze samen met oud-teamgenote Mieke Wansink-van Sijp herinneringen op aan het kampioensjaar, vijftig jaar geleden.

Uit haar tas heeft Van Sijp een groot fotoboek tevoorschijn gehaald en op tafel gelegd. Haar jaren bij De Kieviten heeft ze minutieus bijgehouden: foto’s, krantenknipsels, programmaboekjes en clubbladen vormen tastbare herinneringen uit het zwart-wittijdperk.

Foto: Collectie Mieke van Sijp

Ook Van der Drift heeft aandenkens aan het kampioenschap. Een medaille met inscriptie en een kleine houten hockeystick met de namen van de speelsters op de ene en de tekst landskampioen op de andere kant.

Het zijn relikwieën van een zeer korte maar wel de succesvolste periode in de clubgeschiedenis. In twee seizoenen blijft De Kieviten 33 competitiewedstrijden ongeslagen en een jaar na de landstitel eindigt de ploeg ook als derde tijdens de eerste Europacup voor landskampioenen bij de dames.

‘Onze kracht was dat we echt een team waren met Wilma Koopmann als toonaangevende captain. We hadden ook heel veel plezier. Hoe zich dat uitte? In Zingen. We stonden na afloop altijd zingend onder de douche’, zegt Van der Drift.

Sherry tegen de zenuwen

Het seizoen voor het grootste succes in de clubhistorie sluit De Kieviten af op een vierde plaats in de Eerste Klasse West op twaalf punten achterstand van nummer één Amsterdam dat vervolgens in de kampioenspoule afrekent met de andere gewestelijke winnaars en de tweede landstitel op rij verovert.

In de zomer van 1972 neemt een aantal oudere spelers bij De Kieviten afscheid. Van Sijp plakt er als routinier nog wel een seizoen aan vast, haar laatste in Dames 1. De ploeg wordt voorzien van vers bloed. Onder andere Van der Drift sluit vanuit de A-jeugd aan bij de selectie. ‘Dit geldt ook voor Lisbeth Stolp, Willy Smit en Marjolijn de Korver. Wij waren de jongere garde.’

Foto: Het Kievitsei, officieel orgaan van de club. Jaargang 29, No 331, 31 mei 1973

Het viertal wordt bij de ploeg gehaald door coach Frida Brouwer. Van der Drift kent Brouwer van het Rijnlands Lyceum in Wassenaar. Naast hockeycoach is Brouwer ook docent lichamelijke opvoeding op de school van een aantal speelsters.

‘Frida was een leuke coach, maar ze was wel streng’, herinnert Van der Drift zich. ‘Op school was ze dat niet, maar op het hockeyveld wel. Ze pikte het niet als je te laat op de training kwam.’

‘In de rust van de wedstrijd nam ze soms een sherry’, vult Van Sijp aan. ‘Vanwege de zenuwen. Als je naar onze uitslagen kijkt, heeft ze dat waarschijnlijk dat seizoen wel meer gedaan.’

‘Frida en het team werden mentaal bijgestaan door Jan van der Drift, onze SB (sociaal begeleider, manager avant la lettre). Jan stond ook in voor de nodige randvoorwaarden en droeg bij aan de teamgeest en gezelligheid’, zegt Van der Drift.

Trainen met Charly de Bock

Naast de trainingsarbeid met Brouwer op de zaterdagmiddag krijgt de ploeg op de woensdag ook training van Charles ‘Charly’ de Bock. Hij is in die jaren een begrip in de Nederlandse hockeywereld. De Bock heeft BDHC naar vele kampioenschappen geleid en legt met zijn trainingen de basis voor de eerste wereldtitel van de Oranje Dames in 1971. Via Wilma Koopmann, die ook de aanvoerdersband in Oranje draagt, komt De Bock in Wassenaar terecht.

‘We hebben niet alleen van Frida, maar ook veel van Charly geleerd. Hij enthousiasmeerde ons. Hij overtuigde ons ervan dat we kampioen konden worden en dat we moesten vertrouwen op ons eigen kunnen. We hadden zoiets van: het zal wel. We moeten het allemaal nog zien. Maar hij geloofde echt in ons. Hij gaf ons zelfvertrouwen en energie’, legt Van der Drift uit.

Foto: Collectie Mieke Wansink-van Sijp

De Kieviten begint goed aan de competitie. Na de eerste seizoenshelft staat de ploeg bovenaan. Die positie houden de dames vast. Op de laatste speeldag treft De Kieviten in het Wagener Stadion Amsterdam, dat een punt achterstand heeft. Aan een gelijkspel heeft De Kieviten voldoende om als eerste te eindigen in de Eerste Klasse West en zich te plaatsen voor de kampioenspoule. Het duel eindigt in 1-1.

‘Iedereen dacht: die gaan er wel af tegen Amsterdam’, zegt Van der Drift. ‘Maar omdat het zo goed ging in de competitie waren we ook niet meer bang voor Amsterdam. Door het kampioenschap in het gewest kregen we vleugels. We dachten: als we nu zo ver zijn gekomen dan kunnen we die andere ploegen ook hebben.’

Huisvrouwelijk zuinig met doelpunten

In de kampioenspoule neemt De Kieviten het op tegen Were Di, Gron.Studs en Arnhem. De uitslagen van de Wassenaarse ploeg lezen als de resultaten van een gemiddelde speeldag in de Italiaanse voetbalcompetitie uit begin jaren tachtig van de vorige eeuw: 1-0, 1-1, 0-0, 1-0, 0-4 en 0-0. Na het behalen van het kampioenschap omschreef de bondsvoorzitter de ploeg als ‘huisvrouwelijk zuinig met doelpunten.’

Een welbekend adagium in de sport luidt: aanval wint wedstrijden, verdediging wint kampioenschappen. ‘We speelden 5-3-2 met natuurlijk als doel de nul te houden’, legt Van der Drift uit. ‘We moesten wel verdedigend spelen, want we werden dikwijls door goede tegenstanders richting de eigen cirkel gedwongen. Met Joke Dragt-Roeloffs Valk (zevenvoudig international, red.) hadden we een uitstekende keepster. En, we waren heel goed in de buitenspelval zetten.’

Van der Drift: ‘Onze troef was ons strafcornerkanon Henriëtte van der Velde, maar die corners moeten wel worden gehaald en daar zorgde onze voorhoede voor. Die was technisch goed en we beschikten over snelle buitenspeelsters zoals Mieke. Als we de nul maar hielden. Dan was het goed. Ik denk dat een heleboel tegenstanders dat vervelend vonden.’

Foto: Het Kievitsei, officieel orgaan van de club. Jaargang 29, No 331, 31 mei 1973

Net als in het gewest valt ook in de kampioenspoule de beslissing in de laatste wedstrijd. Concurrent Were Di komt op de laatste speeldag op bezoek in Wassenaar. Maar in die beslissende wedstrijd kan De Kieviten niet beschikken over Koopmann.

De 40-voudig international ontbreekt vanwege haar huwelijk. Van Sijp neemt de aanvoerdersband over en Astrid Geurtsen-Keers neemt de positie van Koopmann achterin over. Het blijft 0-0 waardoor De Kieviten zich tot kampioen van Nederland kroont.

Beetje tijdrekken

‘Dat was zo’n spannende wedstrijd. De spannendste van allemaal. We stonden zo onder druk. Af en toe gingen we, eerlijk gezegd, een beetje tijdrekken. We hadden in die tijd geen ballenjongens of –meisjes. We haalden de ballen zelf op. Op die manier konden we even op adem komen’, zegt Van der Drift.

Na het laatste fluitsignaal barst een groot feest los op de club. ‘Ik had nog nooit zoveel publiek gezien. Het was een knalfeest en de dames van Were Di deden net zo hard mee. Ongelooflijk toch? Tegenwoordig zou je dan niet meer doen toch? Zij deden dat gewoon. Andersom hadden wij dat ook gedaan.’

Een tweede kampioenschap zit er niet in. Het blijft bij die ene titel van vijftig jaar geleden. Tegenwoordig acteren de dames in de Derde Klasse, het zesde niveau. ‘De ploeg viel uit elkaar’, verklaart Van Sijp het einde van de korte succesperiode. ‘Het jaar na de titel speelde ik in de Veterinnen. Wilma Koopmann was al weg. Adelheid bleef nog een seizoen, maar vertrok daarna ook. Ik denk dat na de titel de helft van de ploeg overbleef. Echt heel zonde.’

Foto: Adelheid van Westenbrugge-van der Drift

Lees ook:


2 Reacties

  1. JokeRV123

    Wat fantastisch leuk om te lezen! Ik mocht indertijd deel uit maken van dit team. Wat een plezier hebben we gehad; dat was onze kracht denk ik. Als je landskampioen wordt dan betekent dit aantrekkingskracht; het volgende jaar kwamen er mensen spelen van buiten De Kieviten. Wel betere hockeyers maar een echt team is het nooit meer geworden.

  2. anitabalvers

    Inderdaad een fantastisch team. We trainden hard op woensdagavond. Toen al looptraining op het Wassenaarse strand en op zaterdagmiddag techniek en tactiek. En op zondag om 11 uur onze wedstrijd. Bij ons mocht de strafcorner nog met de hand gestopt worden binnen in de cirkel en moest de bal ingerold worden als hij over de zijlijn ging. Ik waardeer het dat er na 50 jaar nog aandacht is voor deze bijzondere landstitel d.m.v. een uitgebreid verslag Anita Balvers van der Ham


Wat vind jij? Praat mee...